Braaksel
deCommon Nounwat iemand of iets heeft overgegeven; voedsel dat terugkomt uit de maag
(het moet worden schoongemaakt na het braken)
Hij voelde zich misselijk en het braaksel lag op de grond.
Na de maaltijd kwam er braaksel uit de hond omdat hij iets verkeerds had gegeten.
- Compound
Het braaksel was op de vloer, en de hond leek zich beter te voelen.
- Past Tense
Gisteren gaf de hond zijn eten over na het spelen in het park.
- Declarative
Hij heeft overgegeven na die zware maaltijd.
- Context & Scenario
Tijdens de les vertelt de lerares dat honden kunnen overgeven als ze verkeerd voedsel eten.
- Related Word
De dierenarts raadde voedsel aan voor honden met problemen met overgeven.
- Complex
Het braaksel, dat uit de maag kwam, verspreidde een onaangename geur.
- Present Tense
De kat geeft vaak voedsel over na het eten van iets slecht.
- Interrogative
Geef je vaak over na het eten?
- Context & Scenario
We kwamen samen om de zool van de hond schoon te maken nadat hij had overgegeven.
- Synonym
De hond gaf zijn voer over; zijn buikje werd te vol.
- Simple
Het braaksel was vies en moest worden opgeruimd.
- Future Tense
Morgen zal de dierenarts kijken of de hond moet overgeven.
- Imperative
Overgeef je nu, als je je niet lekker voelt.
- Context & Scenario
Na het feest gaf ik over, want het eten zat me niet lekker.
- Idiomatic
Na te veel snacks te eten, gaf hij het er helemaal van af.
afval dat overblijft na het braken
(het ruikt vaak onaangenaam)
Het braaksel verspreidde een vieze geur in de kamer.
Ze moest het braaksel van de kat opruimen voordat ze de vloer kon schoonmaken.
- Simple
Het afval lag verspreid op de vloer.
- Present Tense
Ik vind het afval echt te vies om aan te raken.
- Declarative
Het afval stinkt zo erg dat zelfs de honden er niet bij willen komen.
- Imperative
Verwijder dat afval zo snel mogelijk!
- Synonym
Het rommelige afval van het feest moet worden weggegooid.
- Complex
De geur van het afval, dat na het braken is achtergebleven, was ondraaglijk.
- Future Tense
Morgen zal ik het afval weggooien zodat de ruimte weer schoon is.
- Interrogative
Ruikt het afval niet onaangenaam?
- Context & Scenario
Na de feestavond was er veel afval dat opruiming vereiste.
- Context & Scenario
Tijdens het diner zagen we dat er afval op de tafel lag.
- Idiomatic
Dat was de druppel; de geur van het afval was te veel.
- Compound
Het afval ruikt slecht, maar het moet worden opgeruimd.
- Past Tense
Gisteren vond ik afval van een gescheurd kussen op de grond.
- Context & Scenario
In de klas moeten we leren hoe we afval kunnen minimaliseren.
- Related Word
De afvalbak is vol en we moeten hem legen.
kleinere hoeveelheid of restjes van braaksel
(informeel gebruik voor kleine hoeveleden van braaksel)
Hij had een klein braakseltje op de vloer laten liggen.
De dokter vroeg of er veel braakseltjes waren, of slechts een beetje.
- Compound
Ze vond een diminutief in haar bed, maar haar hond had het niet gedaan.
- Present Tense
Ik zie een diminutief op de grond liggen.
- Future Tense
Morgen zullen we het diminutief opruimen.
- Interrogative
Was dat een diminutief of iets anders?
- Imperative
Ruim dat diminutief snel op!
- Context & Scenario
In de lessen leren we over dieren en hun eigen ongemakken, zoals het krijgen van een diminutief.
- Related Word
De restjes van het eten op de grond zijn voor mij een diminutief.
- Idiomatic
Na het eten is het niet ongewoon dat er een diminutief achterblijft.
- Simple
Het katje liet een diminutief achter in de kattenbak.
- Past Tense
Gisteren ontdekte ik een diminutief achter de bank.
- Declarative
Het is aan mij om deze diminutief op te ruimen.
- Context & Scenario
Tijdens het feest liet mijn hond een diminutief achter, wat iedereen aan het lachen maakte.
- Complex
De dierenarts zei dat een diminutief soms normaal kan zijn, vooral bij jonge huisdieren.
- Context & Scenario
Na het tafelen vond ik een diminutief onder de tafel.
- Synonym
Een klein restje wordt ook wel een diminutief genoemd.