Dijk

deCommon Noun
1
Simple
Compound
Complex
Past Tense
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Een indrukwekkende dijk beschermt een groene countryside tegen opkomende overstromingen met wildbloemen op de top.
Dijk beschermt het platteland tegen overstromingen
Een indrukwekkende dijk beschermt een groene countryside tegen opkomende overstromingen met wildbloemen op de top.
2
Simple
Compound
Complex
Present Tense
Past Tense
Future Tense
Declarative
Imperative
Interrogative
Context & Scenario
Context & Scenario
Context & Scenario
Synonym
Related Word
Idiomatic
Fietsers rijden gelukkige langs een dijk in een schilderachtig landschap.
Fietsers op een dijk in een schilderachtig landschap
Fietsers rijden gelukkige langs een dijk in een schilderachtig landschap.
3
Compound
Complex
Simple
Present Tense
Past Tense
Future Tense
Declarative
Interrogative
Imperative
Context & Scenario
Context & Scenario
Synonym
Context & Scenario
Related Word
Idiomatic
Een serene tuin met een dijkje bedekt met kleurrijke bloemen en kinderen die vrolijk spelen naast een kalm water.
Dijkje in de Tuin met Kinderen en Bloemen
Een serene tuin met een dijkje bedekt met kleurrijke bloemen en kinderen die vrolijk spelen naast een kalm water.