Geruit

Adjective

Attributive Forms

💡Als je zegt 'de geruite blouse' of 'een geruite broek', gebruik je 'geruite' vóór het zelfstandig naamwoord.

With Definite Article
de geruite blouse
"De geruite blouse is mooi."
With Indefinite Article
een geruite broek
"Ik heb een geruite broek gekocht."
Without Article
geruit
"Die stof is geruit."

Predicative Form

💡Na 'zijn' of 'worden' gebruik je altijd 'geruit': De stof is geruit.

geruit
"De stof is geruit."

Comparative

💡Bij vergelijking gebruik je 'geruiter'. Bijvoorbeeld: 'Deze blouse is geruiter dan die blouse.'

Base Form
geruiter
"Deze blouse is geruiter dan die andere."
With "dan"
geruiter
"Hij vindt de geruitere kussen mooier."

Superlative

💡Als je iets de hoogste trap wilt geven, gebruik je 'geruitste': 'Dit is de geruitste jurk.'

Attributive
geruitste
"Dit is de geruitste jurk in de winkel."
Predicative
geruitst
"Dat patroon is het geruitst."