Ice
deCommon Nounbevroren water in de vorm van een vaste massa
(ijs wordt vaak gebruikt in drankjes)
Ik voeg altijd een paar stukjes ijs toe aan mijn frisdrank.
In de winter kan het ijs op de vijver dik genoeg zijn om op te schaatsen.
- Simple
Het bevroren water ligt op de grond.
- Complex
Wanneer het water bevroren is, kunnen we schaatsen op de vijver.
- Compound
Ik heb ijs gemaakt voor de cocktails, en het is perfect bevroren.
- Present Tense
De sneeuw wordt snel bevroren als het zo koud is.
- Past Tense
Gisteren was het buiten zo koud dat het water bevroren was.
- Future Tense
Ik hoop dat het volgende week zal bevroren zijn, zodat we kunnen schaatsen.
- Declarative
Het bevroren water is echt glad.
- Imperative
Koop bevroren water of ijs voor je drankjes!
- Interrogative
Is dit ijs bevroren genoeg om te gebruiken?
- Context & Scenario
Na mijn werk in de zomer, koop ik vaak bevroren drankjes.
ijs dat tijdens recreatieve activiteiten wordt gebruikt
(op het ijs kunnen mensen schaatsen)
De kinderen spelen graag op het ijs in de winter.
Ze heeft een schaatswedstrijd op het ijs volgende week.
- Simple
Het ijs in de vijver is perfect voor recreatie.
- Compound
Het ijs op het meer is dik, maar de kinderen moeten oppassen.
- Complex
Wanneer het ijs goed bevroren is, kunnen we gaan schaatsen op recreatief niveau.
- Present Tense
Ik schaats vaak op het ijs in de winter.
- Past Tense
Gisteren schaatste ik op het ijs met mijn vrienden.
- Future Tense
Volgend jaar ga ik lessen volgen om beter te worden in schaatsen op het ijs.
- Declarative
Het ijs biedt veel mogelijkheden voor recreatie in de winter.
- Interrogative
Kunnen we morgen op het ijs schaatsen?
- Imperative
Schaats elke week op het ijs om fit te blijven!
- Context & Scenario
Tijdens de gymles leren we schaatsen op het ijs.
- Synonym
Het ijs, dat perfect is voor recreatie, bevindt zich in het park.
- Context & Scenario
In de winter gaan we vaak naar het ijs om te schaatsen.
- Related Word
Schaatsen is een populaire recreatieve activiteit in Nederland in de winter.
- Context & Scenario
We organiseren een schaatsfeest op het ijs van de ijsbaan.
- Idiomatic
In de winter glijdt iedereen over het ijs, dat glanst als een spiegel.
de schil van een ijsje of een bevroren dessert
(ijs kan in verschillende smaken komen)
Ik heb vanille-ijs met chocolade-saus besteld.
We nemen altijd een bolletje ijs na het diner.
- Compound
Dit dessert is heerlijk, maar het is erg zoet.
- Simple
Dit dessert heeft een lekkere chocoladeschil.
- Complex
Het dessert, dat we onlangs hebben gemaakt, ziet er smakelijk uit.
- Present Tense
Ik eet altijd dessert na het avondeten.
- Future Tense
Morgen zal ik een nieuw dessert proberen.
- Past Tense
Gisteren at ik een prachtig bevroren dessert.
- Declarative
Dit dessert is een favoriet bij de kinderen.
- Imperative
Probeer dit bevroren dessert, het is verrukkelijk!
- Interrogative
Heb jij het dessert al geproefd?
- Context & Scenario
Na het diner genoten we van een fruitig dessert.