Luiaard
deCommon Nouneen langzaam bewegend, herbivore zoogdier dat bekend staat om zijn trage levensstijl
(een luiaard hangt in een boom)
De luiaard is een dieren die veel tijd in de bomen doorbrengt.
In de dierentuin kun je de luiaard bekijken, het is een bijzonder rustig dier.
- Compound
De luiaard hangt vaak in de bomen, en hij eet meestal bladeren.
- Past Tense
Gisteren zag ik een luiaard die heerlijk aan het relaxen was.
- Interrogative
Weet jij hoe lang een luiaard kan blijven hangen in een boom?
- Context & Scenario
Op school leerden we over luiaards en hun dieet van bladeren en fruit.
- Related Word
De herbivore levensstijl van de luiaard maakt het een uniek dier onder de zoogdieren.
- Simple
De luiaard is een bijzonder schattig dier met een unieke levensstijl.
- Future Tense
Volgende week zal ik een documentaireserie over luiaards bekijken.
- Imperative
Laten we meer leren over de levenswijze van de luiaard!
- Context & Scenario
Tijdens het feestje vertelde ik mijn vrienden over de luiaard die ik in de dierentuin had gezien.
- Idiomatic
De luiaard hangt letterlijk in de bomen, wat betekent dat hij vaak letterlijk de tijd neemt. (Een luiaard neemt de tijd)
- Complex
Wanneer de luiaard zich verplaatst, doet hij dat heel langzaam, wat zijn karakteristieke gedrag is.
- Present Tense
Luiaards leven in de regenwouden van Zuid-Amerika.
- Declarative
Een luiaard is een fascinerend dier dat zich goed aanpast aan zijn omgeving.
- Context & Scenario
Als ik in de zomer naar Costa Rica ga, hoop ik een luiaard te zien.
- Synonym
Een langzaam bewegend dier als de luiaard heeft weinig natuurlijke vijanden.
iemand die lui is en niet actief betrokken is
(iemand wordt als luiaard bestempeld)
Hij noemt zichzelf een luiaard omdat hij niet graag sport.
Ze werd door haar vrienden een luiaard genoemd omdat ze nooit vroeg opstaat.
- Compound
Die persoon is lui, maar hij kan soms heel slim zijn.
- Present Tense
Ik ken een persoon die altijd uitstelgedrag vertoont.
- Declarative
Die persoon denkt niet dat hij lui is.
- Simple
Die persoon ligt de hele dag op de bank.
- Past Tense
Vroeger was die persoon heel actief, maar nu is hij lui.
- Imperative
Wees niet zo'n luiaard en begin nu met werken!
- Complex
De persoon die altijd in zijn pyjama blijft, lijkt nergens om te geven.
- Future Tense
Morgen zal die persoon zich eindelijk aanmelden voor de sportschool.
- Interrogative
Is die persoon altijd zo lui?
- Context & Scenario
Ik zie die persoon nooit buiten spelen.
diminutief van luiaard, gebruikt voor een jong of klein exemplaar
(een klein luiaardje)
Het luiaardje ligt schattig te slapen in de boom.
De jongen vindt het luiaardje zo schattig dat hij een foto ervan maakt.
- Complex
Het luiaardje, dat nog maar enkele weken oud is, hangt aan de tak.
- Future Tense
Morgen zullen we een luiaardje in het wild bekijken.
- Interrogative
Is het luiaardje niet schattig?
- Compound
Het luiaardje is klein, maar het kan zich snel verplaatsen.
- Present Tense
Ik zie een luiaardje in de boom.
- Declarative
Het luiaardje is schattig.
- Context & Scenario
Ik zag een klein luiaardje in de boomstam.
- Simple
Het diminutief van luiaard is luiaardje.
- Past Tense
Gisteren zag ik een schattig luiaardje in de dierentuin.
- Imperative
Kijk goed naar het luiaardje!