Medicijn
deCommon Nounstof of preparaat dat gebruikt wordt voor genezing of verlichting van ziekte
(iemand neemt medicijn voor een kwaal)
Zij moet elke dag haar medicijn innemen.
Hij voelt zich beter na het nemen van het medicijn.
- Compound
Ze nam het medicijn en voelde zich daarna opgelucht.
- Future Tense
Morgen zal hij het medicijn voor zijn allergie kopen.
- Context & Scenario
Na het sporten neem ik mijn medicijn voor spierpijn.
- Synonym
Deze remediërende stof wordt vaak voorgeschreven door artsen.
- Related Word
Het preparaat waarover de dokter sprak, is gericht op genezing.
- Complex
Als hij zijn medicijn op tijd neemt, kan hij sneller beter worden.
- Past Tense
Gisteren nam zij haar medicijn voor de pijn.
- Interrogative
Neem je je medicijn altijd op tijd?
- Context & Scenario
Op school leerde hij de effecten van medicatie op genezing.
- Idiomatic
Hij moest door de zure appel heen bijten toen hij zijn medicijn nam.
- Simple
Het medicijn helpt bij de genezing van de hoest.
- Present Tense
Ik neem dagelijks mijn genezing-medicijn.
- Declarative
Dit medicijn is erg effectief.
- Imperative
Neem elke avond je medicijn voordat je naar bed gaat!
- Context & Scenario
Tijdens een feestje vertelde zij ons over haar nieuwe medicijn.
medicijn in een kleinere vorm, vaak voor kinderen
(een klein medicijn voor een kind)
Dit medicijntje is speciaal gemaakt voor kinderen.
Gaf je hem het medicijntje dat de dokter heeft voorgeschreven?
- Compound
Dit kindermedicijn helpt, maar het moet met water worden ingenomen.
- Present Tense
Ik geef mijn kind een medicijn.
- Interrogative
Is dit medicijn ook goed voor kinderen?
- Simple
Dit kindermedicijn heeft een lekkere smaak.
- Past Tense
Ik gaf hem gisteren het kindermedicijn.
- Imperative
Geef je kind het kindermedicijn voor het slapen gaan.
- Complex
Het medicijn dat voor kinderen is ontwikkeld, is veilig en effectief.
- Future Tense
Ik zal haar binnenkort het kindermedicijn geven.
- Declarative
Dit kindermedicijn is heel nuttig.
- Context & Scenario
Als het regent, blijf ik thuis met mijn kinderen en geef ik ze hun medicijn.
middel tegen een bepaald probleem, niet altijd medisch
(soms wordt medicijn figuurlijk gebruikt)
Hij vindt muziek zijn medicijn tegen stress.
Lachen is voor hem het beste medicijn.
- Compound
Hij gelooft dat meditatie zijn probleem kan verlichten, maar ook sport helpt.
- Present Tense
Zij gebruiken yoga als middel tegen stress.
- Declarative
Ze zijn erg blij dat ze een service hebben die hen helpt met hun problemen.
- Context & Scenario
We leren op school hoe we problemen kritisch kunnen benaderen.
- Simple
De natuur is vaak een oplossing voor mijn problemen.
- Past Tense
Vorige week ontdekte hij dat reizen een goed medicijn tegen zijn problemen is.
- Imperative
Neem je tijd om na te denken over het probleem!
- Context & Scenario
Met vrienden praten is mijn favoriete medicijn tegen zorgen.
- Idiomatic
Met vrienden lachen is als een medicijn voor de ziel.
- Complex
Wanneer ik een probleem heb, denk ik dat lezen mijn beste medicijn is.
- Future Tense
In de toekomst zal hij mindfulness als middel gebruiken om zijn problemen op te lossen.
- Interrogative
Is er een medicijn tegen dit probleem?
- Context & Scenario
Na een lange dag heb ik soms een goed boek als medicijn nodig.
- Synonym
De oplossing die zij aandragen, lijkt een goede aanpak voor mijn probleem.
- Related Word
Het middel dat ze gebruiken helpt deze kwestie beter aan te pakken.