Mijnen
VerbInfinitief
Het is belangrijk om te mijnen.
Tegenwoordige tijd
ik
Ik mijn een video.
jij / je
Jij mijn dus een film.
u
U mijn een video.
hij
Hij mijn voor zijn schoolproject.
zij / ze
Zij mijn aan de computer.
het
Het mijn soms.
wij / we
Wij mijn met plezier.
jullie
Jullie mijn samen.
Verleden tijd
ik
Ik mijnde met grote aandacht.
jij / je
Jij mijnde de hele nacht.
u
U mijnde een speciale video.
hij
Hij mijnde met veel geduld.
zij / ze
Zij mijnden in de klas.
wij / we
Wij mijnden elk weekend.
jullie
Jullie mijnden samen in het verleden.
Tegenwoordig deelwoord
Ik ben mijnend aan een project.
De mijnende kinderen werken hard.
Voltooid deelwoord
De video is gemijnd door de leerlingen.
Gebiedende wijs
jij / je
Mijn nu je document!
jullie
Mijnt met aandacht!
Aanvoegende wijs
Als ik maar mijne tijd had!