Papegaaien

Verb

Infinitief

Tegenwoordig deelwoord

Voltooid deelwoord

Tegenwoordige tijd

  • ik

  • jij / je, u

  • hij, zij / ze, het

  • wij / we

  • jullie

Verleden tijd

  • ik

  • jij / je, u

  • hij, zij / ze, het

  • wij / we

  • jullie

Aanvoegende wijs

Gebiedende wijs

Examples

  • Papegaaien wordt vaak gedaan als een vorm van imitatie.

    tegenwoordige tijd, neutraal

  • Ze heeft het gesprek gewoon gepapegaaid zonder het te begrijpen.

    voltooid deelwoord, neutraal

  • Ik papegaai graag met mijn vrienden.

    tegenwoordige tijd, neutraal

  • In de zomer papegaaiden we veel op het terras.

    verleden tijd, neutraal