Schuldig

Adjective
1
Complex
Future Tense
Imperative
Simple
Present Tense
Declarative
Compound
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Jonge man staat in de rechtbank, met een spijtige blik terwijl hij terechtstaat voor diefstal.
Jongeman rechterlijke zaak schuldgevoel diefstal
Jonge man staat in de rechtbank, met een spijtige blik terwijl hij terechtstaat voor diefstal.
2
Simple
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Related Word
Complex
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Compound
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Synonym
Een jonge vrouw in een slecht verlichte kamer, met een verontrustende gezichtsuitdrukking. Haar gezicht wordt belicht door warm licht, terwijl ze naar een oud telefoon kijkt, wat haar schuldgevoel symboliseert. Schaduwen en aardetinten creëren een sombere sfeer.
Jonge vrouw met schuldgevoel in de stijl van Rembrandt
Een jonge vrouw in een slecht verlichte kamer, met een verontrustende gezichtsuitdrukking. Haar gezicht wordt belicht door warm licht, terwijl ze naar een oud telefoon kijkt, wat haar schuldgevoel symboliseert. Schaduwen en aardetinten creëren een sombere sfeer.
3
Compound
Present Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Complex
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Synonym
Simple
Past Tense
Declarative
Context & Scenario
Related Word
Man met een bedenkelijke uitdrukking in een zwak verlichte kamer, met muzieknoten en een huwelijksuitnodiging op de tafel.
Spanning en Schuld in een Ongeschikte Situatie
Man met een bedenkelijke uitdrukking in een zwak verlichte kamer, met muzieknoten en een huwelijksuitnodiging op de tafel.