Tij
deCommon Nounhet tijdsverloop, vooral in de natuurlijke cycli zoals eb en vloed
(het tij verandert langs de kust)
Het tij is gunstig voor de vissers vandaag.
Bij hoogwater staat het tij het hoogste.
- Simple
Het tij verandert elke zes uur.
- Compound
Het tij verandert, maar de zee blijft rustig.
- Complex
Wanneer het tij hoog staat, kunnen de kinderen niet zwemmen.
- Present Tense
Het tij is laag nu.
- Past Tense
Het tij was gisteren erg hoog.
- Future Tense
Het tij zal morgen weer veranderen.
- Interrogative
Verandert het tij altijd zo snel?
- Declarative
Het tij helpt de schepen om de haven binnen te varen.
- Imperative
Let op het tij als je gaat surfen!
- Context & Scenario
Elke dag kijk ik naar het tij voor ik ga vissen.
- Context & Scenario
We bestuderen het tij als onderdeel van onze natuurkunde cursus.
- Context & Scenario
Tijdens het strandfeest houden we rekening met het tij.
- Synonym
Het tij, dat in de oceanen plaatsvindt, beïnvloedt het weer.
- Related Word
Het risicomanagement van de vissers hangt af van het tij.
- Idiomatic
We moeten het tij in de gaten houden, want het kan plotseling veranderen.
de invloed van de zee op het land, meestal in de context van eb en vloed
(het tij heeft grote invloed op de scheepvaart)
Als het tij springt, kunnen de boten niet meer uit de haven.
Tijdens het tij moeten we oppassen met wandelen langs het strand.
- Simple
De zee is altijd in beweging.
- Compound
De zee is wijd en diep, maar het strand is ondiep.
- Present Tense
De surfcondities veranderen afhankelijk van de zee.
- Past Tense
De zee was kalm toen we gisteren gingen zeilen.
- Future Tense
De zee zal morgen hoger staan vanwege de volle maan.
- Declarative
De temperatuur van de zee fluctueert in de zomer.
- Interrogative
Heb je ooit in de zee gezwommen tijdens vloed?
- Imperative
Bekijk de zee goed voor je gaat zwemmen!
- Context & Scenario
Na het werk ga ik vaak naar de zee om te ontspannen.
- Complex
De zee, die vol leven zit, beïnvloedt het klimaat aan de kust.