Uitputtend

Adjective
1
Complex
Past Tense
Simple
Future Tense
Imperative
Compound
Present Tense
Declarative
Interrogative
Context & Scenario
Een uitgeputte hardloper steekt de finishlijn over na een marathon, zichtbaar moe maar ook triomfantelijk, met supporters op de achtergrond.
Vermoeiende Marathon Finish: Triomfantelijke Hardloper
Een uitgeputte hardloper steekt de finishlijn over na een marathon, zichtbaar moe maar ook triomfantelijk, met supporters op de achtergrond.
2
Compound
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Related Word
Complex
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Idiomatic
Simple
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Groep mensen in een intensieve debat met expressieve lichaamstaal in een slecht verlichte kamer
Intense Debat Over Concurrentie in Verlichte Kamer
Groep mensen in een intensieve debat met expressieve lichaamstaal in een slecht verlichte kamer
3
Compound
Present Tense
Interrogative
Simple
Future Tense
Imperative
Complex
Past Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Context & Scenario
Related Word
Context & Scenario
Idiomatic
Een chaotisch kantoor met uitgeputte werknemers die laat aan een uitdagend project werken, met verspreide papieren en computers.
Uitgeputte werknemers in een chaotisch kantoor tijdens een uitdagend project
Een chaotisch kantoor met uitgeputte werknemers die laat aan een uitdagend project werken, met verspreide papieren en computers.