Verhalen
deVerbAuxiliary Verb
hebben
werkwoord
Het werkwoord 'verhalen' heeft zowel de betekenis van het vertellen van een verhaal als het beschrijven van een situatie.
Infinitief
Om een goed verhaal te vertellen, moet je eerst nadenken.
Tegenwoordig deelwoord
De verhalende tekst was erg spannend.
Ze las een verhalende roman over de geschiedenis.
Tegenwoordige tijd
ik
Ik verhaal graag over mijn avonturen.
jij / je
Jij verhaalt altijd de leukste verhalen.
u
U verhaalt vaak over uw reizen.
hij
Hij verhaalt over zijn kindertijd.
zij / ze
Zij verhaalt met veel enthousiasme.
het
Het verhaalt van liefde en verdriet.
wij / we
Wij verhalen over de geschiedenis van ons dorp.
jullie
Jullie verhalen altijd zo mooi.
Verleden tijd
ik
Ik verhaalde over mijn reis naar Frankrijk.
jij / je
Jij verhaalde gisteren over de film.
u
U verhaalde vaak in uw jeugd.
hij
Hij verhaalde een mooi verhaal.
zij / ze
Zij verhaalde over haar avonturen.
het
Het verhaalde van een oude legende.
wij / we
Wij verhaalden vroeger vaak verhalen.
jullie
Jullie verhaalden over jullie vakantie.
Voltooid deelwoord
Het verhaal is verhaald door een bekend auteur.
Aanvoegende wijs
Ik hoop dat jij een mooi verhaal verhale.
Gebiedende wijs
jij / je
Verhaalt de geschiedenis voor ons.
u
Verhaal ons je avontuur, alstublieft.