Nederlands

Adjective
1
Simple
Past Tense
Interrogative
Compound
Present Tense
Declarative
Complex
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Geometrische weergave van de Nederlandse cultuur met windmolens, tulpen en traditionele gebouwen in een eindeloze spiraal.
Geometrische Representatie van de Nederlandse Cultuur
Geometrische weergave van de Nederlandse cultuur met windmolens, tulpen en traditionele gebouwen in een eindeloze spiraal.
2
Simple
Past Tense
Imperative
Compound
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Complex
Future Tense
Interrogative
Gezellige familie in traditionele Nederlandse kleding viert cultureel erfgoed met een banner 'Trots op onze afkomst', omringd door windmolens en tulpen.
Familie viert Nederlandse cultuur en erfgoed
Gezellige familie in traditionele Nederlandse kleding viert cultureel erfgoed met een banner 'Trots op onze afkomst', omringd door windmolens en tulpen.
3
Simple
Past Tense
Declarative
Context & Scenario
Complex
Present Tense
Interrogative
Compound
Future Tense
Imperative
Een levendig klaslokaal waar studenten van diverse achtergronden enthousiast Nederlands leren met boeken en een zwart bord dat 'Nederlands' toont.
Vibrante Klaslokaal Scène van Nederlands Leren
Een levendig klaslokaal waar studenten van diverse achtergronden enthousiast Nederlands leren met boeken en een zwart bord dat 'Nederlands' toont.