Aanbieden
Verbiets gratis of vriendelijk geven aan iemand
(iemand biedt een cadeau aan)
Hij biedt zijn hulp aan de nieuwe collega aan.
Zij bood de gasten een drankje aan.
- Simple
Ik geef haar een boek cadeau.
- Past Tense
Gisteren gaf ik mijn zus een mooi sieraad.
- Interrogative
Geef jij mij de kaas, alsjeblieft?
- Context & Scenario
Op school geven we vaak presentaties.
- Related Word
Hij heeft een fijne manier om zijn hulp aan anderen aan te bieden.
- Complex
Als het regent, geef ik de anderen mijn paraplu.
- Future Tense
Volgende week zal ik mijn vrienden een etentje geven.
- Imperative
Geef een cadeau aan je vrienden!
- Synonym
Ik geef vaak tips aan mijn collega's.
- Compound
Ik geef mijn smartphone aan mijn vriend, maar hij heeft er al een.
- Present Tense
Ik geef mijn moeder vaak bloemen.
- Declarative
Hij geeft zijn kennis door aan de studenten.
- Context & Scenario
Ik geef mijn kinderen elke zondag een boekje om te lezen.
- Context & Scenario
Tijdens het feest gaf zij iedereen een hand.
- Idiomatic
Hij geeft met zijn handen en vraagt nooit iets terug.
- Compound
Ik geef hem een boek, maar hij vraagt er niet om.
- Past Tense
Hij gaf me een paar mooie schoenen voor mijn verjaardag.
- Imperative
Geef me een kans om te helpen!
- Synonym
De donatie is een geschenk voor de lokale school.
- Idiomatic
Hij geeft het zijn allerbeste poging, ondanks de uitdagingen.
- Simple
Ik geef haar een cadeau.
- Future Tense
Morgen geef ik haar een surprise party.
- Interrogative
Geef je je vriend ook een cadeau voor zijn verjaardag?
- Context & Scenario
We leren in de klas hoe we vriendelijk aan anderen kunnen geven.
- Related Word
Ze heeft een gift gedaan aan het kinderziekenhuis.
- Complex
Als ik jou een cadeau geef, hoop ik dat je het leuk vindt.
- Present Tense
Zij geeft vaak schenkingen aan goede doelen.
- Declarative
Hij biedt zijn hulp altijd aan.
- Context & Scenario
Ik geef mijn oude kleren aan het goede doel.
- Context & Scenario
Tijdens het feest gaven we elkaar cadeaus.
laten zien dat je iets beschikbaar hebt
(een winkel biedt producten aan)
De winkel biedt een grote selectie schoenen aan.
Zij biedt haar diensten aan als fotograaf.
- Simple
- Complex
De nieuwe collectie, die vol kleurrijke kledingstukken zit, is nu beschikbaar.
- Compound
De winkel heeft nu nieuwe producten, en die zijn allemaal beschikbaar.
voorstellen of in de aanbieding doen
(iemand biedt een idee aan)
Hij biedt een samenwerking aan tijdens de vergadering.
De docent biedt extra hulp aan voor leerlingen die het moeilijk hebben.
- Compound
Ik stel een nieuw project voor, en mijn collega ondersteunt het idee.
- Present Tense
De manager presenteert zijn ideeën in de vergadering.
- Declarative
Hij stelt een unieke oplossing voor.
- Context & Scenario
We presenteren voorstellen voor het schoolproject aan onze leraar.
- Related Word
Mijn collega kwam met een voorstel dat de efficiëntie van ons team kan verbeteren.
- Complex
Als we een nieuw project voorstellen, moeten we goed voorbereid zijn.
- Future Tense
Morgen zal ik een voorstel doen voor ons marketingplan.
- Imperative
Bied een duidelijk voorstel aan tijdens de bespreking!
- Context & Scenario
Ze stelt elke week nieuwe recepten voor tijdens het diner.
- Synonym
De leraar suggereert een inhaalles als voorstel voor moeilijkheden in de klas.
- Simple
Ik stel een nieuw project voor.
- Past Tense
Vorige week stelde ik een innovatieve strategie voor aan het team.
- Interrogative
Stel je een voorstel voor dat ons bedrijf kan helpen?
- Context & Scenario
Tijdens de borrel stel je je ideeën voor aan je vrienden.
- Idiomatic
Je moet een stap verder gaan en je voorstel kracht bijzetten!
- Simple
Zij stelt een nieuw project voor aan het team.
- Past Tense
Hij stelde het voorstel voor tijdens de vergadering.
- Imperative
Stel een verbeterd proces voor om de efficiëntie te verhogen!
- Complex
Als je een idee hebt, stel het dan voor tijdens de bijeenkomst.
- Present Tense
Wij stellen een plan voor in de presentatie.
- Declarative
Zij biedt de deelnemers een interessante optie aan.
- Context & Scenario
Ik stel voor om samen te koken voor het feestje.
- Compound
Ik stel een leuk uitje voor, en de anderen zijn enthousiast.
- Future Tense
Ik zal een alternatief voorstel voorleggen aan de klant.
- Interrogative
Stel je je een betere oplossing voor voor ons project?