Aankomen
Verbeen bestemming bereiken
(iemand komt bij het station aan)
De trein komt om vijf uur 's middags aan.
We zijn net op de luchthaven aangekomen.
- Simple
Simple Sentence: "De bus heeft zijn bestemming bereikt."
- Past Tense
Past Tense: "Gisteren bereikten we de bestemming sneller dan verwacht."
- Imperative
Imperative: "Bereik de bestemming zo snel mogelijk!"
- Context & Scenario
Work/School: "Op tijd je bestemming bereiken is belangrijk voor het melden bij je werk."
- Related Word
Related Word: "De gids hielp ons onze bestemming veilig te bereiken."
- Compound
Compound Sentence: "De trein heeft zijn bestemming bereikt, en alle passagiers stapten uit."
- Future Tense
Future Tense: "Over twee uur zullen we onze bestemming bereiken."
- Interrogative
Interrogative: "Heb je al je bestemming bereikt?"
- Context & Scenario
Social Situations: "We hebben onze bestemming bereikt en kunnen nu gaan ontspannen."
- Idiomatic
Incorporating Idiomatic Expressions: "Met de treinreis hebben we eindelijk de kust als onze bestemming bereikt; het was de kers op de taart."
- Complex
Complex Sentence: "Omdat de vlucht vertraagd was, bereikten we onze bestemming later dan gepland."
- Present Tense
Present Tense: "Ieder uur bereikt de trein zijn bestemming."
- Declarative
Declarative: "De taxichauffeur heeft ons veilig naar de bestemming gebracht."
- Context & Scenario
Everyday Life: "Als je de kaarten volgt, bereik je de bestemming zonder problemen."
- Synonym
Synonym: "Het eindpunt is bereikt na een lange reis."
op een bepaalde plaats komen nadat men is vertrokken
(een persoon of voertuig komt op de plaats van bestemming aan)
De trein komt om vijf uur aan op het station.
Ze kwamen moe maar voldaan aan na de lange reis.
- Simple
Het vliegtuig is veilig geland.
- Present Tense
We bereiken onze bestemming vandaag.
- Compound
Hij reed naar Amsterdam en kwam daar rond het middaguur aan.
- Complex
Hoewel ze later vertrokken dan gepland, kwamen ze op tijd aan op hun bestemming.
- Past Tense
Ze arriveerden gisteren op hun bestemming.
- Future Tense
Morgen zullen we eindelijk bij het hotel aankomen.
- Interrogative
Zijn we al bij onze bestemming aangekomen?
- Imperative
Laat me weten als we onze bestemming naderen.
- Synonym
Op de luchthaven wachtte hij met spanning op zijn bestemming.
- Declarative
Onze bestemming is eindelijk bereikt.
- Related Word
Ik arriveer elke dag om acht uur op mijn werk.
- Related Word
De taxi bracht hen snel naar hun eindlocatie, oftewel de bestemming.
in gewicht toenemen
(iemand komt aan door te veel eten)
Ik ben een paar kilo aangekomen tijdens de vakantie.
Na de winter merkten ze dat ze waren aangekomen.
- Compound
Ik ben een kilo aangekomen, maar ik voel me nog steeds fit.
- Complex
Hoewel ik gezond at, merkte ik dat ik toch in gewicht was toegenomen.
- Present Tense
Ik neem in gewicht toe sinds ik meer chocolade eet.
- Future Tense
Volgende maand zal ik in gewicht toenemen als ik blijf snoepen.
- Declarative
Hij is in gewicht toegenomen door te veel pizza te eten.
- Imperative
Probeer niet in gewicht toe te nemen!
- Synonym
Elke keer als ik veel friet eet, neem ik in gewicht toe.
- Related Word
Zijn gewicht is toegenomen sinds hij vaker uit eten gaat.
- Simple
Ik merk dat ik ben aangekomen.
- Past Tense
Tijdens de vakantie nam ik in gewicht toe doordat ik veel ijs at.
- Interrogative
Ben je in gewicht toegenomen na je reis?
- Idiomatic
Na die overvloedige maaltijd voel ik me zo zwaar als lood!
groter of dikker worden
(een persoon komt aan in gewicht)
Door het vele snoepen is hij flink aangekomen.
Ze wil niet meer aankomen, dus is ze begonnen met een dieet.
- Simple
Hij komt aan in gewicht.
- Compound
Hij wilde aankomen in gewicht, dus begon hij meer te eten.
- Present Tense
Ik kom elke winter aan in gewicht.
- Future Tense
Ik zal waarschijnlijk nog meer aankomen in gewicht.
- Declarative
Hij komt snel aan in gewicht.
- Imperative
Probeer niet meer aan te komen in gewicht.
- Related Word
Ze maakt zich zorgen over haar gewichtstoename.
- Idiomatic
Na de pepernoten kwam hij als een olifant in een porseleinwinkel aan in gewicht.
- Past Tense
Vorige zomer kwam ik plotseling aan in gewicht.
- Interrogative
Waarom kom je aan in gewicht?
- Related Word
Hij komt snel aan in gewicht na de vakantie.
- Complex
Hoewel zij veel sport, komt zij toch aan in gewicht.
- Related Word
Na de feestdagen komt iedereen wel een beetje aan in gewicht.
ter sprake komen, besproken worden
(een onderwerp komt in het gesprek aan)
Het onderwerp van de vergadering kwam pas laat aan de orde.
Zijn voorstel kwam niet meer aan bod tijdens de discussie.
- Simple
De kwestie van de begroting kwam ter sprake tijdens de lunch.
- Compound
Tom wilde over zijn nieuwe project praten, maar de bespreking werd onderbroken door een telefoontje.
- Present Tense
In de vergadering wordt vaak gesproken over milieumaatregelen.
- Future Tense
Volgende week zal de nieuwe strategie ter sprake komen.
- Declarative
De kwestie van de nieuwe regels is besproken en goedgekeurd.
- Imperative
Laten we de belangrijkste zaken nu bespreken!
- Context & Scenario
Bij het ontbijt kwam de planning voor de vakantie ter sprake.
- Context & Scenario
Op het feestje werd hij niet ter sprake gebracht.
- Synonym
De discussie over de stadions begint nu pas, terwijl het overleg al bezig is.
- Complex
Hoewel de belangrijkste punten uitgebreid besproken werden, kwamen sommige details pas ter sprake aan het einde van de vergadering.
- Past Tense
Het projectvoorstel werd gisteren uitvoerig besproken.
- Interrogative
Wat wordt er precies in de bespreking ter sprake gebracht?
- Context & Scenario
Tijdens het teamoverleg kwam de nieuwe werkwijze ter sprake.
- Related Word
Tijdens de bijeenkomst werden verschillende agendapunten behandeld.
- Idiomatic
Het heikele punt kwam eindelijk boven water tijdens het gesprek.
aandienen, in beeld komen of verschijnen
(iets komt aan in een beeld of situatie)
Het schilderij kwam pas goed aan toen het juiste licht erop viel.
De nieuwe regels kwamen pas aan nadat iedereen de brief had ontvangen.
- Compound
De zon verschijnt boven de horizon en verlicht de aarde.
- Complex
Wanneer de zon boven de horizon verschijnt, begint de dag.
- Present Tense
De krant verschijnt elke dag.
- Future Tense
De krant zal morgen op de mat verschijnen.
- Declarative
Het boek verschijnt volgende maand.
- Interrogative
Verschijnt het boek binnenkort?
- Context & Scenario
Mijn pakket verschijnt vaak laat in de avond.
- Context & Scenario
De nieuwe softwareversie verschijnt volgende week op school.
- Synonym
Het schilderij kwam pas in beeld toen het juiste licht er op viel.
- Related Word
De nieuwe werknemer verschijnt vandaag voor het eerst op kantoor.
- Idiomatic
Als vanzelfsprekend verschijnt hij precies op tijd, zoals altijd.
- Simple
De zon verschijnt boven de horizon.
- Past Tense
De krant verscheen gisteren voor de eerste keer.
- Imperative
Verschijn op tijd voor de vergadering!
- Context & Scenario
Hij verschijnt altijd als we beginnen te eten.