Bepalen

Verb

Infinitief

Tegenwoordig deelwoord

Tegenwoordige tijd

  • ik

  • jij / je, u

  • zij / ze, hij, het

  • wij / we, jullie

Verleden tijd

  • ik

  • jij / je, u

  • hij, zij / ze, het

  • wij / we, jullie

Voltooid deelwoord

Aanvoegende wijs

  • ik

Gebiedende wijs

Examples

  • Je moet goed nadenken voordat je iets bepaalt.

    tegenwoordige tijd, indicatief

  • Het team heeft de strategie bepaald voor dit project.

    voltooid deelwoord, indicatief

  • Wie bepaalt de spelregels?

    tegenwoordige tijd, indicatief