Dat
hetPronounverwijzend naar iets dat eerder genoemd is of duidelijk is door de context
(aangeven van iets specifieks dat zich buiten de directe nabijheid bevindt)
Dat boek daar is van mij.
Kijk eens naar dat gebouw in de verte.
- Complex
Hoewel ik hem al een duidelijke aanwijzing had gegeven, bleef hij vragen stellen.
- Present Tense
Hij geeft de juiste aanwijzingen voor de route.
- Declarative
Je hebt een duidelijke aanwijzing nodig om verder te gaan.
- Context & Scenario
Die aanwijzing daar is van groot belang voor de puzzel.
- Synonym
Die tip daar helpt je verder in het spel.
- Simple
Die aanwijzing daar leidt naar de schat.
- Past Tense
Ze gaf me een aanwijzing over de locatie van de sleutel.
- Imperative
Volg de pijl voor de juiste aanwijzing!
- Context & Scenario
Tijdens het feest gaf hij stilletjes een aanwijzing aan zijn vriendin.
- Idiomatic
Hij gaf de aanwijzing en alles viel op zijn plek.
- Compound
Ik gaf hem een aanwijzing, maar hij begreep het niet en liep de verkeerde kant op.
- Future Tense
Morgen zal hij een aanwijzing geven over de volgende stap.
- Interrogative
Heb ik je de juiste aanwijzing gegeven?
- Context & Scenario
De leraar gaf een aanwijzing over de te bewerken alinea.
- Related Word
De instructie leidde ons de goede kant op.
verwijzing naar iets dat verder weg is in de ruimte of tijd
(dat boek in de verte)
Dat huis daar is van mijn oma.
Dat boek heb ik vorig jaar gelezen.
- Compound
Die appelboom daar bloeit mooi in het voorjaar, en de bloemen ruiken heerlijk.
- Present Tense
Dat schilderij daar inspireert me elke dag.
- Interrogative
Zie je die berg daar?
- Complex
De toren, die je in de verte ziet, werd in de middeleeuwen gebouwd.
- Future Tense
Die plek aan de horizon zal volgend jaar onze vakantiebestemming zijn.
- Declarative
Die boom daar is heel oud.
- Interrogative
Die straat daar is heel druk.
- Simple
Die kerk daar is een historisch monument.
- Past Tense
Die film daar zag ik vorig jaar in de bioscoop met mijn vrienden.
- Imperative
Kijk naar dat gebouw daar!
iets noemen wat al eerder gezegd is of wat bekend is
(dat incident van gisteren)
Ik herinner me dat gesprek van gisteren.
Ben je klaar met dat project waar je aan werkte?
- Complex
Complex Sentence: "Hoewel het incident van gisteren al veel is besproken, blijven er nog vragen over de oorzaak."
- Present Tense
Present Tense: "We bespreken dat incident van gisteren nog steeds."
- Declarative
Declarative: "Het nieuws over dat incident van gisteren verspreidt zich snel."
- Compound
Compound Sentence: "Ik herinner me dat incident van gisteren, en ik vraag me af hoe het is afgelopen."
- Future Tense
Future Tense: "We zullen dat incident van gisteren morgen opnieuw bekijken."
- Imperative
Imperative: "Vertel me meer over dat incident van gisteren."
- Context & Scenario
Work/School: "De leraar vroeg ons een verslag te schrijven over dat incident van gisteren."
- Related Word
Related Word: "Het gesprek over dat incident van gisteren duurde langer dan verwacht."
- Simple
Simple Sentence: "Dat incident van gisteren heeft veel indruk gemaakt."
- Past Tense
Past Tense: "We hebben dat incident van gisteren herhaaldelijk besproken."
- Interrogative
Interrogative: "Heb je gehoord over dat incident van gisteren?"
- Context & Scenario
Social Situations: "Tijdens het verjaardagsfeestje kwam het gesprek op dat incident van gisteren."
- Idiomatic
Incorporating Idiomatic Expressions: "Dat incident van gisteren maakte heel wat tongen los."
- Context & Scenario
Everyday Life: "Mijn buurman sprak me aan over dat incident van gisteren."
- Synonym
Synonym: "Dat evenement van gisteren was werkelijk een shock."
functioneert als onderwerp of lijdend voorwerp in een bijzin
(aansluiting bij de hoofdzin, meestal in combinatie met een werkwoord)
Ik denk dat hij morgen komt.
Het is duidelijk dat ze hun best hebben gedaan.
- Complex
Omdat ik weet dat je graag leest, heb ik een nieuw boek voor je gekocht.
- Compound
Hij zei dat hij gisteren laat thuis kwam, en hij vergat mij te vertellen waarom.
- Simple
Mijn verwachting is dat het morgen regent.
gebruik voor abstracte of niet-tastbare zaken, zoals een gedachte of gevoel
(verwijzend naar een situatie of idee)
Dat was een mooi moment.
Dat is een goed idee.
- Complex
. Het concept, hoewel abstract, hielp bij het oplossen van het probleem.
- Present Tense
. Hij begrijpt abstracte kunst niet.
- Declarative
. Het idee is meer abstract dan je denkt.
- Synonym
. De gedachte aan vrijheid geeft me rust.
- Simple
. Het gevoel van vreugde is abstract.
- Past Tense
. Zij dacht lang na over het abstracte concept.
- Interrogative
Is dat een abstract concept?
- Related Word
. Een abstracte schilderijen expositie is deze week te zien.
- Compound
. Het idee was simpel, maar de uitvoering was complex.
- Future Tense
. We zullen het abstracte idee bespreken tijdens de vergadering.
- Imperative
Denk abstract, en je zult nieuwe inzichten krijgen.
- Idiomatic
. In Nederland zegt men dat abstract denken je horizon kan verbreden.
- Declarative
. De abstracte theorie klinkt interessant.