Dat

Conjunction
1
Complex
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Related Word
Compound
Past Tense
Declarative
Context & Scenario
Context & Scenario
Idiomatic
Simple
Present Tense
Interrogative
Synonym
17e-eeuwse heer schrijft brief met ganzenveer aan bureau
17e-eeuwse heer schrijft brief met ganzenveer
17e-eeuwse heer schrijft brief met ganzenveer aan bureau
2
Compound
Past Tense
Imperative
Context & Scenario
Simple
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Complex
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Idiomatic
Cartoon scene in Marten Toonder style of a busy office with an expressive woman at a cluttered desk.
Drukke kantooromgeving in Marten Toonder stijl
Cartoon scene in Marten Toonder style of a busy office with an expressive woman at a cluttered desk.
3
Compound
Imperative
Past Tense
Complex
Declarative
Present Tense
Synonym
Complex
Complex
Complex
Interrogative
Future Tense
Related Word
Future Tense
Idiomatic
Complex
Een vrouw wijst zelfverzekerd naar de lucht in een drukke, levendige Nederlandse familietafelsetting.
Familiedynamiek in een levendige Nederlandse setting
Een vrouw wijst zelfverzekerd naar de lucht in een drukke, levendige Nederlandse familietafelsetting.
4
Complex
Complex
Complex
Een verraste wetenschapper in een rommelige laboratorium, kijkt naar een gloeiende beker met een mysterieuze vloeistof.
Verraste wetenschapper in laboratorium met gloeiende beker
Een verraste wetenschapper in een rommelige laboratorium, kijkt naar een gloeiende beker met een mysterieuze vloeistof.