Doen

hetCommon Noun

←→

💡Het woord 'doen' wordt vaak gebruikt in onbepaalde vormen als 'het doen', met een specifieke taak of handeling.

Definite (de/het): het doen; "Het doen van deze oefening kost tijd."
Indefinite (een): een doen; "Een doen letterlijk begrijpen is niet altijd gemakkelijk."
Without Article: doen; "Doen is belangrijker dan denken."

💡'Doenen' als meervoud komt zelden voor en klinkt archaïsch of formeel.

Definite (de): de doen; "De doen van deze taken is moeilijk."
Without Article: doenen; "Doenen kunnen verschillend geïnterpreteerd worden."

doentje

"Het kinderen speelden een doentje."

Speels, meestal informeel.

informeel

doe-het-zelf
"Ze houden van doe-het-zelf projecten op zondag."
Self-help or DIY activities
doen-en-laten
"Zijn doen en laten is altijd verdacht."
Behavior

werk
"Werk en doen gaan hand in hand."
Combines with 'werk' to discuss the process of doing work.
goed
"Zijn doen was goed en eerlijk."
'Goed doen' means performing an action well.

usage:'Doen' wordt zelden als zelfstandig naamwoord gebruikt in het dagelijkse spraak.
countability:Meestal niet telbaar als zelfstandig naamwoord, behalve in specifieke contexten zoals creatief of formeel taalgebruik.