Hallo

Interjection
1
Simple
Compound
Complex
Present Tense
Past Tense
Future Tense
Declarative
Interrogative
Imperative
Context & Scenario
Related Word
Context & Scenario
Synonym
Context & Scenario
Idiomatic
Een barokke scène van een vrouw die een kantoor binnenkomt en 'Hallo' zegt
Barokke Scène: Vrouw Zegt Hallo in Druk Kantoor
Een barokke scène van een vrouw die een kantoor binnenkomt en 'Hallo' zegt
2
Simple
Past Tense
Imperative
Context & Scenario
Synonym
Compound
Present Tense
Interrogative
Context & Scenario
Idiomatic
Complex
Future Tense
Declarative
Context & Scenario
Related Word
Jonge man Mark begroet groep in futuristisch retro-interieur
Een hartelijke begroeting in een retro-futuristische wereld
Jonge man Mark begroet groep in futuristisch retro-interieur
3
Compound
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Synonym
Complex
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Interrogative
Simple
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Drukke zaal met iemand in het midden die roept: 'Hallo! Heeft iemand mijn telefoon gezien?'
Zoekgeraakte Telefoon in Drukke Zaal
Drukke zaal met iemand in het midden die roept: 'Hallo! Heeft iemand mijn telefoon gezien?'
4
Compound
Simple
Complex
17e-eeuws Nederlands interieur met persoon die 'Hallo, ik ben hier!' roept
17e-eeuws Nederlands Interieur met Verrassing
17e-eeuws Nederlands interieur met persoon die 'Hallo, ik ben hier!' roept
5
Present Tense
Future Tense
Imperative
Declarative
Idiomatic
Simple
Compound
Past Tense
Declarative
Interrogative
Related Word
Complex
Interrogative
Imperative
Synonym
Een groep diverse, levendige personages rond een tafel met een gloeilamp in het midden.
Ontwaking van Ideeën Rondom Tafel
Een groep diverse, levendige personages rond een tafel met een gloeilamp in het midden.