Kappen
Verbhet afsnijden van een tak of deel van een plant of boom
(iemand kapt een boom)
De hovenier kapt de dikke takken van de boom.
Hij heeft de oude appelboom dit jaar gekapt.
- Simple
Het afsnijden van een tak moet voorzichtig gebeuren.
- Compound
Ze kapt de boom en plant een nieuwe daarin.
- Past Tense
Hij sneed gisteren een tak van de boom af.
- Interrogative
Kap jij de tak van die plant vandaag?
- Present Tense
De hovenier snijdt een tak van de plant af.
- Future Tense
Morgen zal ze een tak van die oude boom afsnijden.
- Imperative
Afsnijden van die takken moet nu gebeuren!
- Complex
Omdat hij de tak kapte, kreeg hij een mooiere uitzicht in de tuin.
- Declarative
De takken zijn te groot; ze moeten worden gekapt.
- Context & Scenario
Ik moet die tak afsnijden voordat het gaat stormen.
een activiteit of handeling abrupt beëindigen
(iemand kapt met zijn werk)
Hij heeft besloten om te kappen met roken voor zijn gezondheid.
Ze kapt met hun project omdat het niet meer haalbaar is.
- Complex
De werknemer, die ontevreden was over de werkomstandigheden, beëindigde zijn contract vroegtijdig.
- Past Tense
Hij beëindigde zijn lidmaatschap van de sportschool vorig jaar.
- Interrogative
Waarom beëindig je je stage al zo snel?
- Context & Scenario
Ze beëindigt haar werkdag om vijf uur.
- Compound
Hij beëindigt zijn contract, maar hij zoekt al naar een nieuwe baan.
- Future Tense
Ik zal mijn abonnement op de krant beëindigen als het niet verbetert.
- Imperative
Beëindig meteen dat gesprek als het niet meer interessant is!
- Simple
Hij beëindigt zijn contract met de werkgever.
- Present Tense
Zij beëindigt haar deelname aan de cursus omdat ze andere verplichtingen heeft.
- Declarative
Hij beëindigt zijn tijd aan de universiteit.
verbreken of stoppen met iets doen
(iemand kapt een relatie)
Ze heeft de relatie met haar vriend gekapt omdat hij niet betrouwbaar is.
Hij heeft gekapt met het verenigingsleven omdat hij weinig tijd heeft.
- Compound
Zij verliet haar vriend, maar ze verbrak ook hun gezamenlijke plannen.
- Present Tense
Hij verbreekt de banden met zijn ex.
- Declarative
Hij heeft de relatie verbroken.
- Context & Scenario
Ik stop met mijn abonnement omdat ik het niet meer wil.
- Complex
Omdat hij altijd liegt, besloot zij de relatie te verbreken.
- Past Tense
Gisteren verbrak ze de relatie met haar vriend.
- Interrogative
Waarom heb je met haar verbroken?
- Simple
Ik verbreek de communicatie met hem omdat hij me niet respecteert.
- Future Tense
Morgen zal hij de samenwerking met het projectteam verbreken.
- Imperative
Verbreek alle contacten met die persoon!