Maren

Verb

Auxiliary Verb

hebben

werkwoord

Infinitief

Tegenwoordige tijd

  • ik

  • jij / je, hij, zij / ze, het

  • wij / we, jullie, zij / ze

Verleden tijd

  • ik, jij / je, hij, zij / ze, het

  • wij / we, jullie, zij / ze

Voltooid deelwoord

Tegenwoordig deelwoord

Aanvoegende wijs

  • ik, hij

Gebiedende wijs

Examples