Roddel
deCommon Nouninformatie of geruchten over iemand die vaak niet gebaseerd zijn op feiten
(het verspreiden van een roddel)
Die roddel gaat al maanden rond in het dorp.
Iedereen is benieuwd naar de laatste roddel over haar.
- Complex
Het gerucht, dat door sociale media verspreid werd, zorgde voor veel speculatie.
- Present Tense
Ze horen vaak geruchten over de beroemde zanger.
- Interrogative
Wat is het laatste gerucht dat je hebt gehoord?
- Compound
Het gerucht over de nieuwe film is spannend, maar het is nog niet bevestigd.
- Simple
Er is een gerucht dat hij gaat verhuizen.
- Future Tense
Volgende week zal ik waarschijnlijk een gerucht horen over de nieuwe directeur.
- Imperative
Verspreid geen ongefundeerde geruchten!
- Context & Scenario
Tijdens het feestje verklapte iemand een gerucht over de gastheer.
- Related Word
De roddel over haar nieuwe vriend bleek slechts een gerucht te zijn.
- Past Tense
Vorige maand hoorde ik een gerucht over hun scheiding.
- Declarative
Het is een feit dat geruchten snel verspreiden.
- Context & Scenario
Op het werk gaat er een gerucht dat er reorganisaties komen.
- Idiomatic
Als het gerucht waar is, dan hebben we allemaal een verrassing in zicht!
- Context & Scenario
Iedereen in de klas praat over het gerucht dat de school binnenkort gaat fuseren.
- Synonym
Er is een gerucht, dat deze stad vol verborgen geheimen zit.
het praten over iemand achter diens rug
(roddelen met vrienden)
Ze zitten weer te roddelen in de hoek van het café.
Het is niet aardig om zo over anderen te roddelen.
- Complex
Wanneer ze roddelen, praten ze altijd achter iemands rug.
- Past Tense
Gisteren praatten ze over de nieuwe buurvrouw, zonder dat ze het wisten.
- Imperative
Stop met praten over anderen achter hun rug!
- Context & Scenario
Ze roddelen als ze samen zijn in de stad.
- Related Word
Haar roddels waren ongegrond, maar dat stopte haar niet.
- Simple
Roddelen is niet netjes.
- Present Tense
Ik hoor hen vaak praten over anderen in de kantine.
- Declarative
Zij zeggen dat roddelen niet goed is voor de vriendschap.
- Context & Scenario
Tijdens het evenement roddelden ze over de nieuwe manager.
- Synonym
Het praten over anderen wordt ook wel 'snavelen' genoemd.
- Compound
Ze roddelen vaak over hun buren, maar het is niet vriendelijk.
- Future Tense
Morgen zullen ze vast weer over iemand roddelen tijdens de lunch.
- Interrogative
Waarom praten ze altijd achter de rug van anderen?
- Context & Scenario
In het klaslokaal praten de leerlingen vaak over elkaar.
- Idiomatic
Ze zitten met elkaar in de kroeg en beginnen al snel de doekjes voor het bloeden aan te halen.
- Compound
Ze roddelen graag, maar ik vertel altijd de waarheid.
- Present Tense
Ik hoor ze nu praten over hun vakantieplannen.
- Future Tense
Ze zullen zeker weer over hem praten als hij weg is.
- Imperative
Praat niet over anderen als ze er niet zijn!
- Simple
Ze prattelen over hun collega terwijl hij niet kijkt.
- Past Tense
Gisteren praatten ze over anderen tijdens het diner.
- Declarative
Hij praat altijd over anderen.
- Context & Scenario
Tijdens de lunch praten we vaak over het werk.
- Complex
Als zij niet aanwezig is, dan praten ze achter haar rug over haar.
- Interrogative
Waarom praten jullie over haar als ze hier niet is?
een klein, onbelangrijk gerucht of verhaal
(een roddeltje dat snel vergeten is)
Hij vertelde een schattig roddeltje over zijn buurman.
Ze lachtten om het roddeltje dat ze hadden gehoord.
- Compound
Het gerucht was onbelangrijk, maar toch maakten ze er een verhaal van.
- Future Tense
Morgen zal ik een onbelangrijk gerucht horen tijdens de vergadering.
- Declarative
Het was wel een onbelangrijk verhaal, maar het zorgde toch voor veel lachen.
- Context & Scenario
De leerlingen waren afgeleid door een onbelangrijk gerucht dat snel verspreidde.
- Synonym
Dit roddeltje is onbelangrijk, maar verfrissend.
- Simple
Ik hoorde een onbelangrijk gerucht in de klas.
- Past Tense
Gisteren hoorde ik een onbelangrijk roddeltje tijdens de lunch.
- Imperative
Vergeet dat onbelangrijke verhaal!
- Context & Scenario
Tijdens het schoolfeest hoorden we veel onbelangrijke roddels.
- Related Word
Anderen beschouwen het verhaal als onbelangrijk.
- Complex
Hoewel het verhaal onbelangrijk was, vergat ik het nooit meer.
- Present Tense
Ze horen vaak onbelangrijke verhalen op het schoolplein.
- Interrogative
Heb je dat onbelangrijke gerucht gehoord?
- Context & Scenario
Op het werk hoorde we een onbelangrijk gerucht over een nieuwe collega.
- Idiomatic
Ze kwamen met een onbelangrijk gerucht dat de ronde deed.