Vroeg

Adjective

Attributive Forms

💡Als je zegt 'de vroege trein' of 'een vroege afspraak', gebruik je 'vroege' vóór het zelfstandig naamwoord.

With Definite Article
de vroege
"De vroege vogel vangt de worm."
With Indefinite Article
een vroege
"Een vroege trein is vaak druk."
Without Article
vroeg
"Vroeg zeggen is belangrijk."

Predicative Form

💡Na 'zijn' of 'worden' gebruik je altijd 'vroeg': Het is vroeg.

vroeg
"Het is vroeg vandaag."

Comparative

💡Gebruik 'vroeger' om te zeggen dat iets in het verleden was. Voor 'vroegere' gebruik je bij een zelfstandig naamwoord: 'de vroegere eigenaar'.

Base Form
vroeger
"Vroeger was alles beter."
With "dan"
vroegere
"Dat is een vroegere versie van het rapport."

Superlative

💡Voor de beste of hoogste graad gebruik je 'vroegst' na 'zijn': De afspraak is het vroegst.

Attributive
de vroegste
"Hij is de vroegste student in de klas."
Predicative
vroegst
"Dit is de vroegst mogelijke datum."