Wat

Pronoun
1
Compound
Present Tense
Declarative
Imperative
Context & Scenario
Related Word
Simple
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Idiomatic
Complex
Past Tense
Context & Scenario
Synonym
Een figuur gekleed in historische kleding zit aan een houten tafel, kijkt nieuwsgierig naar een bord met kleurrijke voedingsmiddelen in een sfeervol verlichte kamer.
Historische vraag: Wat wil je eten vanavond?
Een figuur gekleed in historische kleding zit aan een houten tafel, kijkt nieuwsgierig naar een bord met kleurrijke voedingsmiddelen in een sfeervol verlichte kamer.
2
Complex
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Simple
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Synonym
Compound
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Een levendige kunsttentoonstelling met diverse bezoekers die gefascineerd kunstwerken bespreken.
Levende kunsttentoonstelling met verwijzing naar Van GoghStijl
Een levendige kunsttentoonstelling met diverse bezoekers die gefascineerd kunstwerken bespreken.
3
Idiomatic
Compound
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Synonym
Complex
Present Tense
Declarative
Simple
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Context & Scenario
Related Word
Sereen binnenbeeld van een gezellige ruimte met diffuus licht en een tafel voor een kleine samenkomst.
Gezellige woonkamer met onbepaalde hoeveelheid
Sereen binnenbeeld van een gezellige ruimte met diffuus licht en een tafel voor een kleine samenkomst.