Zinken

Verb
1
Simple
Present Tense
Imperative
Compound
Past Tense
Interrogative
Complex
Future Tense
Declarative
Context & Scenario
Een surrealistisch beeld van een grote steen die in een heldere vijver zinkt, omringd door golven en geometrische patronen.
Surrealistisch beeld van een zinkende steen in een vijver
Een surrealistisch beeld van een grote steen die in een heldere vijver zinkt, omringd door golven en geometrische patronen.
2
Compound
Present Tense
Declarative
Interrogative
Complex
Past Tense
Imperative
Compound
Simple
Future Tense
Interrogative
Present Tense
Complex
Related Word
Een surrealistisch beeld van een vrouw die staat in een uitgestrekt, leeg landschap met torenhoge, treurige architectuur die onder verdriet lijkt te zakken.
Surrealistische vrouw in melancholisch landschap
Een surrealistisch beeld van een vrouw die staat in een uitgestrekt, leeg landschap met torenhoge, treurige architectuur die onder verdriet lijkt te zakken.
3
Complex
Past Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Simple
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Compound
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Related Word
Een kleurrijke schatkist die langzaam in de grond zinkt, omringd door levendige planten en dieren die verbaasd toekijken.
Speelse illustratie van een zinkende schatkist in de aarde
Een kleurrijke schatkist die langzaam in de grond zinkt, omringd door levendige planten en dieren die verbaasd toekijken.