Zuster

deCommon Noun
1
Compound
Present Tense
Imperative
Context & Scenario
Related Word
Simple
Future Tense
Past Tense
Declarative
Complex
Complex
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Idiomatic
Complex
Past Tense
Simple
Future Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Compound
Present Tense
Declarative
Imperative
Interrogative
Present Tense
Interrogative
Synonym
Past Tense
Imperative
Complex
Idiomatic
Related Word
Vrouwelijke verpleegster in modern ziekenhuis die een oudere patiënt in bed helpt
Verpleegster helpt oudere patiënt in ziekenhuis
Vrouwelijke verpleegster in modern ziekenhuis die een oudere patiënt in bed helpt
2
Simple
Past Tense
Declarative
Complex
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Compound
Present Tense
Interrogative
Context & Scenario
Simple
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Complex
Future Tense
Imperative
Compound
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Twee vrouwen in kleurrijke winterkleding lachen en delen een geschenk in een sneeuwachtige dorpsscene.
Vrolijke winterse zusterband tussen vrouwen in een sneeuwlandschap
Twee vrouwen in kleurrijke winterkleding lachen en delen een geschenk in een sneeuwachtige dorpsscene.
3
Complex
Past Tense
Interrogative
Compound
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Simple
Future Tense
Context & Scenario
Simple
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Compound
Present Tense
Declarative
Imperative
Complex
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Een moderne, retro-futuristische scène met een zuster die in een minimalistische kapel gebeden leidt, omringd door geometrische vormen en natuurlijke elementen.
Moderne zuster leidt gebeden in minimalistische kapel
Een moderne, retro-futuristische scène met een zuster die in een minimalistische kapel gebeden leidt, omringd door geometrische vormen en natuurlijke elementen.