Dammen
Verbhet spelen van een bordspel met damstenen
(iemand damt tegen een tegenstander)
Zij damt elke zaterdag met haar grootvader.
We gaan vanavond dammen tijdens het familiediner.
- Compound
Mijn vrienden en ik dammen vaak, maar we spelen ook andere bordspellen.
- Present Tense
Ik speel dammen met mijn zus.
- Interrogative
Speel jij dammen met ons vanavond?
- Complex
Het spel, dat we gisteren hebben gespeeld, was uitdagend en leuk.
- Past Tense
Ze speelde dammen met haar buurman vorige week.
- Declarative
Dammen is een strategisch spel dat veel nadenken vereist.
- Simple
Hij speelt een spelletje dammen op zijn tablet.
- Future Tense
We zullen morgen dammen met onze vrienden.
- Imperative
Laten we nu dammen!
- Context & Scenario
Na school ga ik dammen met mijn vrienden.
een dam bouwen of aanleggen
(men damt een rivier)
Ze dammen het water om een nieuwe watervoorziening te creëren.
Het team damt de rivier om overstromingen te voorkomen.
- Simple
De ingenieurs bouwen een dam aan de rivier.
- Past Tense
Ze bouwden een dam vorig jaar in het natuurgebied.
- Future Tense
We zullen binnenkort een dam bouwen om de vloed tegen te houden.
- Interrogative
Bouwen jullie de dam samen met de lokale bevolking?
- Context & Scenario
De studenten leren over de technieken om een dam te bouwen.
- Synonym
De constructie van de dam vereiste veel planning en overleg.
- Compound
Het team bouwt een dam, maar het weer werkt niet mee.
- Present Tense
Wij bouwen een dam om de rivier te reguleren.
- Declarative
Het team kan de dam binnen een maand afmaken.
- Imperative
Bouw snel de dam, voordat de storm aanbreekt!
- Context & Scenario
Tijdens de barbecue bouwen we een dam van zand op het strand.
- Idiomatic
We moeten onze schouders eronder zetten en de dam bouwen voordat de winter begint.
- Complex
De dam, die ruime ervaring heeft, zal snel worden aangelegd.
- Context & Scenario
Op een warme dag besluiten we een dam te bouwen in de tuin.
- Related Word
De dijkbouw is essentieel voor het beschermen van ons land.