Drinken

Verb
1
Simple
Compound
Complex
Present Tense
Future Tense
Declarative
Interrogative
Context & Scenario
Context & Scenario
Synonym
Related Word
Idiomatic
Past Tense
Imperative
Context & Scenario
Jongeman drinkt een glas helder water na het sporten in een zonnig park, met zweet op zijn voorhoofd.
Hydratatie na het sporten: Jongeman drinkt water in het park
Jongeman drinkt een glas helder water na het sporten in een zonnig park, met zweet op zijn voorhoofd.
2
Simple
Compound
Present Tense
Past Tense
Declarative
Imperative
Context & Scenario
Context & Scenario
Synonym
Related Word
Complex
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Idiomatic
Vrouw geniet van een glas wijn in een vintage bar met sfeervolle verlichting en charmante decoraties.
Vrouw geniet van wijn in een gezellige vintage bar
Vrouw geniet van een glas wijn in een vintage bar met sfeervolle verlichting en charmante decoraties.
3
Complex
Simple
Present Tense
Past Tense
Declarative
Compound
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Context & Scenario
Synonym
Jonge vrouw die vrolijk een grote fles frisdrank vasthoudt, met kleurrijke bubbels, zittend aan een tafel in een retro-futuristisch café met geometrische vormen.
Retro-futuristische afbeelding van een vrouw met frisdrank en water
Jonge vrouw die vrolijk een grote fles frisdrank vasthoudt, met kleurrijke bubbels, zittend aan een tafel in een retro-futuristisch café met geometrische vormen.
4
Complex
Compound
Past Tense
Future Tense
Interrogative
Imperative
Context & Scenario
Context & Scenario
Synonym
Related Word
Simple
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Idiomatic
Een vrouw serveert elegant glazen champagne op een serene tuinfeest, met zachte kleuren en een luchtige sfeer.
Elegante Vrouw Serveert Champagne op Tuinfeest
Een vrouw serveert elegant glazen champagne op een serene tuinfeest, met zachte kleuren en een luchtige sfeer.