Eigen
Adjectivetoebehorend aan de spreker of een specifiek persoon
(iemand heeft iets eigens)
Dit is mijn eigen huis waar ik woon.
Zij heeft haar eigen bedrijf opgericht.
- Complex
Het schilderij, dat in de woonkamer hangt, is mijn bezit.
- Future Tense
Ik zal dit terrein als mijn bezit beschouwen.
- Imperative
Neem goed zorg van je bezit!
- Context & Scenario
Tijdens het feest liet hij zien wat voor een speciaal bezit hij had.
- Idiomatic
Dat mooie schilderij is een pareltje in mijn bezit.
- Compound
Dit appartement is van mij, en de auto is ook mijn bezit.
- Present Tense
Ik heb veel bezit in deze stad.
- Declarative
Dit is mijn bezit.
- Context & Scenario
Ik heb een fiets gekocht voor mijn dagelijks bezit.
- Related Word
De boeken in mijn bibliotheek zijn een waardevol bezit voor mij.
- Simple
Dit boek is mijn bezit.
- Past Tense
Zij had altijd haar eigen bezit, ongeacht de situatie.
- Interrogative
Is dit jouw bezit?
- Context & Scenario
In de klas bespreken we het belang van bezit en eigendom.
- Synonym
Dit object staat bekend als een artefact, wat ook zijn eigendom kan zijn.
- Compound
Tijdens de rondleiding vertelde hij dat zijn woning zijn grootste bezit is.
kenmerkend of uniek voor iemand
(een eigen stijl hebben)
Hij heeft een eigen manier van de dingen uitleggen.
Zij schildert in een eigen stijl die niemand anders heeft.
- Compound
Dit type muziek heeft veel unieke kenmerken, maar jazz is het meest herkenbaar.
- Past Tense
Ze gebruikte een kenmerk dat onderscheidend was in haar vorige werk.
- Interrogative
Is deze techniek kenmerkend voor de kunstenaar?
- Simple
Dit kledingstuk heeft een uniek kenmerk.
- Future Tense
Volgende week zal hij een kenmerkende stijl presenteren op de show.
- Imperative
Toon je persoonlijke kenmerken in je werk!
- Complex
De stijl van de kunstenaar, die het kenmerk van abstractie heeft, is onvergetelijk.
- Present Tense
Hij maakt vaak kenmerkende keuzes in zijn ontwerpen.
- Declarative
De jurk is kenmerkend voor haar persoonlijkheid.
- Context & Scenario
Mijn vriend heeft een kenmerkende manier van schrijven.
doelgroep of identiteit aangeven
(leiden tot een eigen identiteit)
Iedereen moet zijn eigen keuzes maken in het leven.
De leerlingen ontwikkelen hun eigen interesses op school.
- Compound
De jongeren ontwikkelen hun identiteit, en dat is belangrijk voor hun toekomst.
- Present Tense
Hij vindt zijn identiteit belangrijk.
- Declarative
Mijn identiteit is iets dat ik koester.
- Context & Scenario
Ik praat vaak over mijn identiteit met vrienden.
- Synonym
De identiteit varieert van persoon tot persoon.
- Complex
Als je je identiteit wilt verkennen, is het goed om nieuwe dingen uit te proberen.
- Future Tense
Ze zullen hun identiteit in de toekomst duidelijker kunnen bepalen.
- Imperative
Definieer je identiteit in een paar zinnen!
- Context & Scenario
In de klas leren we over de identiteiten van verschillende culturen.
- Related Word
Haar culturele achtergrond is een belangrijk aspect van haar identiteit.
- Simple
Ieder persoon heeft zijn eigen identiteit.
- Past Tense
Zij ontdekte haar identiteit tijdens haar reis.
- Interrogative
Wat betekent identiteit voor jou?
- Context & Scenario
Tijdens het feest deelden ze hun identiteiten met elkaar.
- Idiomatic
Zij voelt zich niet helemaal vind ik, dat is een kwestie van identiteit.
