Lief

Adjective

Attributive Forms

💡Als je zegt 'de lieve hond' of 'een lieve kat', gebruik je 'liever' vóór het zelfstandig naamwoord. 'Lief' verandert naar 'lieve' als het zelfstandig naamwoord een enkelvoudig de-woord is.

With Definite Article
de lieve hond
"Ik heb de lieve hond van de buren gezien."
With Indefinite Article
een lieve kat
"Zij heeft een lieve kat."
Without Article
lief
"Dat is lief."

Predicative Form

💡Na 'zijn' of 'worden' gebruik je altijd 'lief': De baby is lief.

lief
"De baby is lief."

Comparative

💡Als je wil zeggen dat iemand of iets lief is in vergelijking met anderen, gebruik je 'liever'. Bijvoorbeeld: 'Hij is liever dan zijn zus.'

Base Form
liever
"Hij is liever dan zijn broer."
With "dan"
liever dan
"Zij is liever dan jij."

Superlative

💡Als je zegt dat iemand of iets de meeste lievigheid heeft, gebruik je 'liefste'. Bijvoorbeeld: 'Zij is de liefste van allemaal.'

Attributive
de liefste
"Zij is de liefste vriendin die ik heb."
Predicative
liefste
"Hij is mijn liefste vriend."

Important Notes

  • usage:‘Lief’ wordt gebruikt om iets of iemand als schattig of vriendelijk te beschrijven.