Morgen
Adverbde dag na vandaag
(eerder dan vandaag)
Morgen ga ik naar de markt.
Zij heeft een afspraak met de dokter morgen.
- Complex
De tijd vliegt, want morgen is een drukke dag.
- Simple
Ik moet morgen de was doen.
- Compound
Morgen ga ik naar school en daarna naar de sportschool.
- Complex
Morgen, als het mooi weer is, gaan we picknicken.
- Interrogative
Wat ga je morgen doen?
- Declarative
Ik kijk altijd uit naar het weekend en morgen is de eerste stap.
- Simple
We hebben een afspraak met de tandarts morgen vroeg.
- Simple
Ik ga morgen met mijn vrienden naar het strand.
- Compound
Ik ben gisteren naar een concert geweest, en morgen ga ik naar de film.
- Interrogative
Wanneer gaat de film beginnen morgen?
- Simple
Morgen maak ik een lange wandeling in het park.
- Interrogative
Wanneer komt je zus morgen aan?
- Complex
Overmorgen zal ik je vertellen wat er morgen is gebeurd.
- Declarative
Hij zegt dat het morgen kan regenen.
- Imperative
Gezellig, laten we morgen samen wat gaan doen!
- Imperative
Je moet morgen op tijd komen!
- Compound
Wat heb jij gisteren gedaan, en wat ga je morgen doen?
- Imperative
Studeer goed voor je toetsen morgen!
- Complex
Morgen, als het weer mooi is, gaan we met onze familie naar het park.
- Imperative
Pak je spullen, we vertrekken morgen om zeven uur!
- Interrogative
Zullen we morgen samen gaan lunchen?
- Declarative
Morgen is het eindelijk zo ver: ik ga op vakantie!
- Declarative
Ze zei dat morgen zal gaan stormen.
- Compound
Dit weekend is de tijd om te ontspannen, maar morgen moet ik werken.
- Declarative
Morgen is een nieuwe dag vol mogelijkheden.
eerder dan eeuwig, de toekomst
(een tijd na vandaag)
Morgen zal het weer beter zijn.
Ik moet morgen beslissen over de aanbieding.
- Compound
De toekomst is onzeker, maar we kunnen ons best doen.
- Present Tense
Ik kijk uit naar de toekomst.
- Interrogative
Denk jij vaak na over de toekomst?
- Context & Scenario
In de klas praten we over de toekomst van technologie.
- Related Word
Het leven in de toekomst zal revolutionair zijn.
- Complex
Als we goed voor onze planeet zorgen, zal de toekomst beter zijn.
- Future Tense
Over vijf jaar zal de toekomst er anders uitzien.
- Imperative
Plan je toekomst zorgvuldig!
- Context & Scenario
We bespreken vaak onze toekomstdromen met vrienden.
- Idiomatic
We moeten onze kansen grijpen, anders verliezen we de toekomst.
- Simple
De toekomst lijkt vol mogelijkheden.
- Past Tense
Vorig jaar maakten we plannen voor de toekomst.
- Declarative
De toekomst is belangrijk voor iedereen.
- Context & Scenario
Vanaf volgende week ga ik werken aan mijn toekomst.
- Synonym
Het vooruitzicht van de toekomst maakt me enthousiast.
toekomstige situatie of gebeurtenis
(het gaat over toekomstige plannen)
We vieren het jubileum morgen.
Heb je morgen al plannen?
- Compound
De gebeurtenis is gepland, maar het weer kan roet in het eten gooien.
- Future Tense
Volgende maand zal er een grote gebeurtenis zijn.
- Imperative
Bereid je goed voor op de gebeurtenis!
- Context & Scenario
In de school leerde we over historische gebeurtenissen.
- Idiomatic
We moeten onze zorg voor het milieu in overweging nemen bij elke gebeurtenis.
- Simple
De gebeurtenis vindt plaats in het park.
- Past Tense
Vorig jaar was er een belangrijke gebeurtenis.
- Interrogative
Wanneer begint de gebeurtenis?
- Context & Scenario
Tijdens het festival waren er veel spannende gebeurtenissen.
- Related Word
De ceremonie kijkt vooruit naar een speciale gebeurtenis.
- Complex
Als de gebeurtenis doorgaat, zullen veel mensen komen.
- Present Tense
We kijken uit naar de gebeurtenis.
- Declarative
Deze gebeurtenis is belangrijk voor de gemeenschap.
- Context & Scenario
We hebben een feestje als een leuke gebeurtenis gepland.
- Synonym
Een belangrijke zaak is de toekomstige activiteit.