Naar

Adjective

Attributive Forms

💡Als je zegt 'de nare film' of 'een nare hond', gebruik je 'nare' vóór het zelfstandig naamwoord.

With Definite Article
de nare
"De nare film was eng."
With Indefinite Article
een nare
"Een nare persoon kan lastig zijn."
Without Article
nare
"Nare zaken gebeurd vaak."

Predicative Form

💡Na 'zijn' of 'worden' gebruik je altijd 'nare': Hij is nare.

nare
"Hij is nare."

Comparative

💡Voor de vergrotende trap gebruik je 'naarder' in zinnen zoals 'De film is naarder.'

Base Form
naarder
"Deze film is naarder dan de vorige."
With "dan"
naardere
"Het boek is naardere dan de film."

Superlative

💡In de overtreffende trap gebruik je 'de naarste' in zinnen zoals 'Hij is de naarste persoon.'

Attributive
de naarste
"Hij is de naarste van allemaal."
Predicative
naarst
"Dit boek is het naarst."

Important Notes

  • usage:'Naar' kan emotionele of esthetische negatieve connotaties hebben.
  • spelling:'Naarder' en 'naarst' worden vaak gebruikt voor een sterkere emotionele betekenis.