Ruiken
Verbde geur van iets waarnemen
(iemand ruikt aan een bloem)
Ze ruikt aan de rozen in de tuin.
Ik kan de geur van versgebakken brood ruiken.
- Simple
De geur van de lelies is aangenaam.
- Future Tense
Morgen zal ik de geur van de herfstbomen opmerken tijdens mijn wandeling.
- Imperative
Ruik aan de geur van de sinaasappelhal, het is verfrissend!
- Context & Scenario
In de klas leren we over de geur van verschillende bloemen.
- Synonym
De aroma, of geur, van deze koffie is echt uniek.
- Complex
Wanneer ik in de tuin sta, kan ik de geur van de jasmijn ruiken die bij de avond valt.
- Present Tense
Ik ruik de geur van vers gemaaid gras.
- Declarative
De geur van versgemalen koffie maakt me wakker.
- Context & Scenario
Tijdens het feest merk ik de geur van taart en andere lekkernijen.
- Idiomatic
Dat is rozengeur, en dat doet me denken aan mijn kindertijd.
- Compound
De geur van de bloemen is sterk, maar de geur van de planten is subtieler.
- Past Tense
Gisteren rook ik de geur van de zee als ik op het strand was.
- Interrogative
Ruik je de geur van de specerijen?
- Context & Scenario
Bij het ontbijt genieten we van de geur van gebakken eieren.
- Related Word
De geur van parfum kan de sfeer van een avondfeest veranderen.
een geur verspreiden
(iets ruikt lekker of niet lekker)
Deze specerij ruikt heerlijk in de keuken.
Huisdieren kunnen soms onaangenaam ruiken.
- Simple
De bloemen verspreiden een aangename geur.
- Compound
De bloemen verspreiden een heerlijke geur, maar de onkruid verspreidt ook een nare geur.
- Complex
Als je deze kaars aansteekt, zal de geur van vanille zich snel verspreiden in de kamer.
een geur herkennen of onderscheiden
(iemand ruikt iets en identificeert het)
Ik ruik nog steeds de geur van de koffie die ik vanochtend dronk.
Hij kon de geur van rozen op afstand ruiken.
- Complex
Wanneer ik in de tuin ben, herken ik altijd de geur van de lavendel die bloeit.
- Past Tense
Gisteren herkende ik de geur van de zee toen ik op vakantie was.
- Imperative
Herken deze geur als je het weer ruikt!
- Context & Scenario
In de les leren we hoe we geuren in de natuur kunnen herkennen.
- Related Word
Het ruiken van de geur van de zee maakt me altijd gelukkig.
- Simple
De vrouw herkent de geur van versgebakken brood.
- Present Tense
Ik herken die geur uit mijn kindertijd.
- Interrogative
Herken jij de geur van deze bloemen?
- Context & Scenario
Op het feest herkende ik de geur van het parfum dat mijn vriendin altijd draagt.
- Idiomatic
Met de geur in de lucht zag ik dat de lente in aantocht was.
- Compound
De vrouw herkent de geur van versgebakken brood, maar ze kan niet zeggen waar het vandaan komt.
- Future Tense
Morgen zal ik de geur van dennen herkennen als we het bos binnenlopen.
- Declarative
Ik kan de geur herkennen, maar ik weet niet wat het is.
- Context & Scenario
Als ik thuiskom, herken ik de geur van mijn moeders eten.
- Synonym
De geur is zoet en doet me denken aan een bloementuin.
geur beleven, een indruk krijgen van een geur
(iemand ruikt de lucht)
Toen ik het park binnenkwam, kon ik de geur van vers gras ruiken.
De lucht ruikt naar de zee wanneer je bij het strand bent.
- Simple