Stoel
deCommon Nounmeubel om op te zitten, meestal met een rugleuning
(een stoel staat in de woonkamer)
De stoel in de hoek is erg comfortabel.
Zij heeft een nieuwe stoel gekocht voor haar bureau.
- Complex
De stoel, die ik van mijn ouders heb gekregen, staat in de woonkamer.
- Future Tense
Volgend jaar wil ik een mooie stoel kopen voor mijn woonkamer.
- Imperative
Kies een stoel en maak het je comfortabel!
- Context & Scenario
De studenten leren over verschillende soorten meubels in de les interieurontwerp.
- Related Word
Elk meubelstuk in het huis moet met zorg gekozen worden.
- Idiomatic
Ik zit met mijn benen over elkaar in deze stoel, dat gaat me opbreken!
- Compound
De stoel is prachtig, maar hij is moeilijk te verplaatsen.
- Past Tense
Gisteren zat ik op de nieuwe stoel tijdens het diner.
- Interrogative
Zal deze stoel comfortabel zijn voor lange uren zitten?
- Context & Scenario
We hebben vrienden uitgenodigd om op onze nieuwe stoelen te zitten.
- Simple
De stoel bij de eettafel is van hout.
- Present Tense
Ik zit vaak op deze stoel tijdens het lezen.
- Declarative
Die stoel is heel mooi en past goed bij de rest van het interieur.
- Context & Scenario
Na een lange werkdag plof ik altijd in mijn favoriete stoel.
- Synonym
Een zetel is een ander type meubel.
zitplaats in een theater, etablissement of evenement
(iemand neemt plaats op een stoel)
We hebben leuke stoelen gereserveerd voor de voorstelling.
Hij nam zijn plaats in de stoel naast het raam in de bioscoop.
- Simple
De zitplaats in het theater was perfect voor het zien van het podium.
- Present Tense
Ik zie de zitplaats nu al bezet worden door een groep vrienden.
- Imperative
Reserveer je zitplaats vooraf om teleurstelling te voorkomen!
- Synonym
Een alternatief voor een 'zitplaats' is vaak een 'staplaats'.
- Compound
De zitplaatsen zijn beperkt, maar er zijn ook sta-plaatsen beschikbaar.
- Past Tense
Gisteren zat ik op een comfortabele zitplaats tijdens de film.
- Declarative
De zitplaatsen zijn snel vol, dus kom op tijd!
- Context & Scenario
Tijdens de pauze ga ik even naar de zitplaats van mijn vriend.
- Related Word
De theaterlocatie biedt ook ligplaatsen voor een unieke ervaring.
- Complex
De zitplaats, die dicht bij het podium was, bood een geweldig uitzicht op de voorstelling.
- Future Tense
Morgen zal ik een zitplaats reserveren voor het concert.
- Interrogative
Heb je al een zitplaats geboekt voor de voorstelling?
- Context & Scenario
Onze leraar vroeg wie er graag een zitplaats zou willen hebben op de eerste rij.
- Context & Scenario
Op het feest was de zitplaats aan de lange tafel erg gezellig.
- Idiomatic
Zorg ervoor dat je niet vooraan zit op de eerste rij, want daar heb je soms geen goede zitplaats!
diminutief van stoel, een klein of kinderstoeltje
(een stoeltje voor een kind)
Het kind zit op zijn stoeltje aan de tafel.
In de speeltuin staat ook een klein stoeltje voor peuters.
- Compound
Ik kocht een nieuw stoeltje, maar het past niet in de kamer.
- Complex
Het stoeltje, dat hij zelf heeft geschilderd, staat nu in de tuin.
- Simple
Het stoeltje is perfect voor mijn zusje.
- Present Tense
Dit stoeltje is gemaakt voor kleine kinderen.
- Past Tense
Hij had een stoeltje bij de speelset gezet.
- Future Tense
We zullen een stoeltje voor de pop maken.
- Declarative
Dit is een prachtig stoeltje voor je kleindkind.
- Imperative
Zet het stoeltje daar neer!
- Interrogative
Is dit stoeltje comfortabel genoeg voor jou?
- Context & Scenario
Mijn dochter speelt graag met haar nieuwe stoeltje.
- Context & Scenario
In de klas hebben we een klein stoeltje voor elk kind.
- Context & Scenario
Tijdens het feest zaten de kinderen op hun stoeltjes.
- Synonym
Het kinderstoeltje is een uitstekende toevoeging aan de kamer.
- Idiomatic
Hij is te klein voor zijn leeftijd, maar zijn stoeltje is perfect voor hem.
- Related Word
Ik heb een schattig stoeltje geknutseld voor mijn pop.
rol of functie bij een vergadering, organisatie of groep
(iemand heeft een stoel in de werkgroep)
Zij heeft een stoel in de raad van bestuur.
Elke deelnemer heeft zijn eigen stoel tijdens de vergadering.
- Simple
Hij vervult een belangrijke functie in het team.
- Past Tense
Hij had een functie in de organisatie die nu niet meer bestaat.
- Imperative
Vul je functie in op het formulier!
- Context & Scenario
Bij het feest had hij geen functie, maar hij genoot erg.
- Related Word
De functieomschrijving geeft aan wat zijn verantwoordelijkheden zijn.
- Complex
De functie die zij bekleedt, is essentieel voor het succes van het project.
- Present Tense
Ieder lid heeft een functie in de groep.
- Interrogative
Welke functie heb jij binnen de organisatie?
- Context & Scenario
Iedereen heeft een functie in het dagelijkse leven van de stad.
- Synonym
Een rol in de organisatie wordt ook wel functie genoemd.
- Compound
Zij vervult een belangrijke functie in het team, maar hij is ook verantwoordelijk voor de planning.
- Future Tense
Zij zal een belangrijke functie vervullen in de komende vergadering.
- Declarative
Deel je functie met ons, zodat we het beter kunnen begrijpen.
- Context & Scenario
In onze klas heeft elke leerling zijn eigen functie tijdens de groepsproject.
- Idiomatic
Iedereen in de vergadering moet zijn functie duidelijk maken; we willen geen misverstanden.