Want
hetCommon Nounde reden of oorzaak voor iets; omdat
(een verklaring geven)
Ik ben te laat, want er was veel verkeer.
Hij is blij, want hij heeft zijn examen gehaald.
- Complex
De reden waarom ik niet kan komen, is omdat ik een belangrijke afspraak heb.
- Present Tense
Hij zegt dat hij een goede reden heeft.
- Declarative
Hij begrijpt de reden achter mijn besluit.
- Context & Scenario
In de les hebben we de redenen voor willekeurige keuzes besproken.
- Synonym
Er zijn veel redenen om dit boek te lezen; het is zeer informatief.
- Compound
De reden voor het feest is de verjaardag van mijn zus, en we gaan ook lekker eten.
- Past Tense
Ze zei dat de reden voor haar verdriet de slechte cijfers waren.
- Interrogative
Wat is de reden dat je niet kunt meegaan?
- Context & Scenario
Ik heb een goede reden nodig om mijn plan te veranderen.
- Related Word
Omdat het regende, is mijn reden om binnen te blijven logisch.
- Simple
De reden voor mijn afwezigheid is een ziekte.
- Future Tense
Ik hoop dat je een goede reden hebt om zo laat te komen.
- Imperative
Geef me een duidelijke reden waarom je dat wilt doen.
- Context & Scenario
Tijdens het gesprek gaf hij een reden over zijn beslissing om te verhuizen.
- Idiomatic
Je moet de redenen niet uit het oog verliezen als je een beslissing neemt.
een conjunctie die een tegenstelling aanduidt
(een tegenstelling uitdrukken)
Hij wil naar het feestje, want hij heeft geen tijd.
Ik vind het leuk, want dat is gewoon mijn stijl.
- Simple
Dit boek is interessant.
- Complex
De film was spannend, alhoewel het einde teleurstellend was.
- Past Tense
Hij heeft nooit gelogen.
- Complex
De zon schijnt, terwijl het weer koud is.
- Compound
Ik heb geen geld, dus ik koop niets.
- Present Tense
Ik ga nu naar de winkel.
- Complex
Zijn houding is ongepast, terwijl zijn gedrag acceptabel is.
- Compound
Ik begrijp het niet, of misschien uitleg je het niet goed.
- Complex
Naar mijn mening is het een goed idee, hoewel niet iedereen het ermee eens is.
- Compound
Ik heb nog geen idee, maar ik wil het proberen.
- Compound
Ik vind het een leuke gelegenheid, ondanks de drukte.
- Compound
Ze heeft het boek gelezen, maar ik was de samenvatting vergeten.
- Compound
Het team speelde slecht, maar ze wonnen de wedstrijd toch.
- Compound
Ik hou van koffie, maar mijn vriendin drinkt liever thee.
- Compound
Het lijkt een mooie dag, maar het gaat waarschijnlijk regenen.
- Future Tense
Zij zal morgen naar het concert gaan.
- Compound
Zij is heel gesteld op haar kinderen, maar ze werkt veel.
- Interrogative
Wat vind je van de film; was deze beter dan het boek?
- Compound
De lucht ziet er dreigend uit, dus misschien moeten we naar binnen gaan.
- Complex
Ik ga liever fietsen, hoewel het weer slecht is.
- Imperative
Laat me weten als je meer informatie nodig hebt!
- Complex
Ik vind jou aardig, ondanks wat anderen zeggen.
- Complex
Hij is chagrijnig, terwijl hij altijd zo vrolijk is.
- Compound
Ik ben verliefd, maar hij lijkt het niet te merken.
- Complex
Dit is ons laatste bod; we bieden meer niet aan.
- Compound
Hun idee is goed, maar de uitvoering is niet zo sterk.
- Complex
Zij danst mooi, hoewel ze nog maar net begonnen is.
een voegwoord dat redenen aan elkaar verbindt
(om meerdere redenen te verbinden)
Ze komt later, want ze moet eerst haar broer helpen.
Ik ben moe, want ik heb niet goed geslapen.
- Complex
Ze blijft thuis, omdat ze zich niet goed voelt, maar ze zal morgen weer werken.
- Past Tense
Ze ging naar de film, want haar vriendin nodigde haar uit.
- Declarative
Dit boek is interessant, want het bevat veel informatie.
- Imperative
Lees het boek, want je zult er veel van leren!
- Context & Scenario
Trek je jas aan, want het is koud buiten!
- Simple
Hij gaat naar de winkel, want hij heeft iets nodig.
- Related Word
De uitleg was duidelijk, waardoor de studenten het gemakkelijk konden begrijpen.
- Idiomatic
In dit geval is er geen reden om te twijfelen, dat is duidelijk.
- Context & Scenario
Tijdens de les legde de leraar uit hoe voegwoorden werken, want dat is belangrijk voor grammatica.
- Compound
Het weer is slecht, en we moeten binnenblijven, want het gaat regenen.
- Present Tense
Wij gaan vanavond naar het feestje, want het wordt gezellig.
- Future Tense
Volgende week ga ik op vakantie, want ik heb het verdiend.
- Interrogative
Waarom accepteer je zijn excuses niet, want hij is oprecht?
- Context & Scenario
Iedereen verwacht een cadeau op zijn verjaardag, want dat is een traditie.
- Context & Scenario
Hij gaf niet op, want hij bleef volhouden zelfs toen het moeilijk was.
- Synonym
Dit boek is erg leerzaam, omdat het vol met feiten zit.