Wennen
Verbzich aanpassen aan iets nieuws of onbekends
(iemand wennt aan een nieuwe situatie)
Het was moeilijk om te wennen aan het nieuwe huis.
Hij moest wennen aan het leven in een andere stad.
- Simple
Ik moet me aanpassen aan het nieuwe team.
- Present Tense
Hij past zich elke keer aan als hij verhuist.
- Declarative
De kinderen passen zich goed aan de nieuwe school aan.
- Context & Scenario
Het kost tijd om je aan te passen aan een nieuw huis.
- Complex
Als je reist, moet je je aanpassen aan verschillende culturen.
- Compound
Ze past zich aan, maar hij vindt het lastig.
- Past Tense
Wij pasten ons snel aan de nieuwe regels aan.
- Future Tense
Je zult je moeten aanpassen als je daar werkt.
- Interrogative
Pas jij je makkelijk aan nieuwe situaties aan?
- Imperative
Pas je aan en geniet van de verandering!
iets gewoon worden, zonder moeite accepteren
(iemand wennt aan een omgeving of gewoonte)
Na een paar weken wennen, voelde ze zich echt thuis.
Hij is gewend aan het vroege opstaan voor zijn werk.
- Simple
Ik ben gewend aan de drukte van de stad.
- Present Tense
Hij raakt gewend aan het nieuwe schoolritme.
- Declarative
Het is moeilijk om gewend te raken aan veranderingen.
- Context & Scenario
Na een tijdje gewend te zijn, begon ik mijn nieuwe routine te waarderen.
- Synonym
Als je je gewend bent aan de cultuur, voel je je meer op je gemak.
- Compound
Ik ben gewend aan de drukte van de stad, maar ik houd ook van de rust op het platteland.
- Complex
Ze is gewend aan de uitdagingen van haar nieuwe baan, omdat ze eerder in een vergelijkbare rol werkte.
- Past Tense
Ze was nooit gewend aan de verantwoordelijkheid van een huisdier.
- Future Tense
Ik zal binnenkort gewend raken aan mijn nieuwe buurman.
- Interrogative
Raak je snel gewend aan nieuwe situaties?
- Imperative
Probeer open te staan en gewend te raken aan nieuwe ervaringen!
- Context & Scenario
In de klas zijn we gewend aan verschillende manieren van leren.
- Context & Scenario
Wanneer hebben jullie je gewend aan het leven in Nederland?
- Related Word
Ze past zich snel aan, waardoor ze altijd gewend raakt aan nieuwe omgevingen.
- Idiomatic
Hij is zo gewend aan het leven in Nederland, dat de gewoonte van fietsen hem niet meer opvalt.
de behoefte om iets te herhalen of vaker te doen creëren
(een gewoonte ontwikkelen)
Als je vaak sport, ga je vanzelf wennen aan de training.
Kinderen wennen snel aan nieuwe routines.
- Complex
Als je iets wilt leren, is het nuttig om het vaak te herhalen.
- Declarative
Je moet je voorbereidingen herhalen.
- Context & Scenario
Ik herhaal vaak mijn favoriete recepten als ik kook.
- Simple
Het is belangrijk om je doelen regelmatig te herhalen.
- Compound
We moeten deze informatie herhalen, omdat het essentieel is voor ons project.
- Present Tense
Ik herhaal mijn studie-enquêtes dagelijks.
- Past Tense
Hij herhaalde zijn oefening drie keer voor de wedstrijd.
- Future Tense
Zij zal de les herhalen aan het begin van volgende week.
- Interrogative
Herhaal je deze strategie in de toekomst?
- Imperative
Herhaal de oefening totdat je het onder de knie hebt!