Zelfstandig

Adjective
1
Complex
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Simple
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Compound
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Jonge vrouw in een minimalistische woonkamer, gelukkig haar meubels en decoraties rangschikking.
Onafhankelijke vrouw in een kleurrijke woonkamer
Jonge vrouw in een minimalistische woonkamer, gelukkig haar meubels en decoraties rangschikking.
2
Compound
Present Tense
Declarative
Imperative
Context & Scenario
Complex
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Synonym
Idiomatic
Simple
Future Tense
Context & Scenario
Related Word
Een zelfstandige vrouw voor haar kleurrijke modeboetiek op een drukke straat, met armen over elkaar en een trotse glimlach.
Zelfstandig modeboetiek op drukke straat
Een zelfstandige vrouw voor haar kleurrijke modeboetiek op een drukke straat, met armen over elkaar en een trotse glimlach.
3
Simple
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Complex
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Synonym
Compound
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Related Word
Een prachtig, gedetailleerd vaasje dat alleen op een houten tafel staat, tegen een zacht verlichte muur.
Afzonderlijk vaasje in serene setting
Een prachtig, gedetailleerd vaasje dat alleen op een houten tafel staat, tegen een zacht verlichte muur.