Jongen

deCommon Noun
1
Simple
Compound
Complex
Jongeman speelt buiten met vrienden, vlieger in de lucht op een zonnige dag
Jongere jongen speelt met vrienden met vlieger
Jongeman speelt buiten met vrienden, vlieger in de lucht op een zonnige dag
2
Simple
Compound
Complex
Present Tense
Past Tense
Future Tense
Declarative
Interrogative
Imperative
Context & Scenario
Een tiener jongen viert zijn middelbare school diploma te midden van vrienden en familie in een kleurrijke Nederlandse woonkamer.
Tiener jongen viert zijn middelbare school diploma
Een tiener jongen viert zijn middelbare school diploma te midden van vrienden en familie in een kleurrijke Nederlandse woonkamer.
3
Simple
Past Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Compound
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Related Word
Complex
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Synonym
Vier verschillende tieners spelen enthousiast voetbal in een levendig park, met een jongen in een rode pet die de bal dribbelt.
Vrolijke tieners spelen voetbal in het park
Vier verschillende tieners spelen enthousiast voetbal in een levendig park, met een jongen in een rode pet die de bal dribbelt.
4
Simple
Future Tense
Imperative
Context & Scenario
Idiomatic
Complex
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Compound
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Een vrolijke jonge jongen danst in een gezellige woonkamer vol kleurrijke speelgoed, met een stralende lach die zijn onschuld en charme uitdrukt.
Schattige jongen die danst in een warme woonkamer
Een vrolijke jonge jongen danst in een gezellige woonkamer vol kleurrijke speelgoed, met een stralende lach die zijn onschuld en charme uitdrukt.