Voorspellen

Verb
1
Compound
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Idiomatic
Complex
Past Tense
Imperative
Context & Scenario
Simple
Future Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Abstract landschap met een meteoroloog voor een grote, draaiende weerdisplay vol chaotische weerpatronen.
Meteoroloog Voorspelt de Toekomst van het Weer
Abstract landschap met een meteoroloog voor een grote, draaiende weerdisplay vol chaotische weerpatronen.
2
Compound
Future Tense
Declarative
Context & Scenario
Synonym
Idiomatic
Complex
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Simple
Present Tense
Imperative
Context & Scenario
Een groep diverse vrienden die in een gezellig café enthousiast hun toekomst bespreken, met expressieve gezichten vol vreugde en verwachting.
Vriendschap en Toekomstplannen in een Café
Een groep diverse vrienden die in een gezellig café enthousiast hun toekomst bespreken, met expressieve gezichten vol vreugde en verwachting.
3
Complex
Future Tense
Interrogative
Compound
Future Tense
Interrogative
Compound
Past Tense
Interrogative
Synonym
Complex
Present Tense
Declarative
Context & Scenario
Context & Scenario
Idiomatic
Simple
Present Tense
Declarative
Simple
Present Tense
Imperative
Complex
Future Tense
Imperative
Idiomatic
Compound
Future Tense
Imperative
Synonym
Compound
Past Tense
Imperative
Complex
Past Tense
Declarative
Simple
Present Tense
Declarative
Related Word
Simple
Past Tense
Interrogative
Context & Scenario
Related Word
Een waarzegster in een etherische sfeer die in een kristallen bol kijkt, omringd door tarotkaarten en kleurrijke stoffen.
Waarzegster met Kristallen Bol en Tarotkaarten
Een waarzegster in een etherische sfeer die in een kristallen bol kijkt, omringd door tarotkaarten en kleurrijke stoffen.