Vieren
Verbeen feest of gebeurtenis vieren
(verjaardag vieren met vrienden)
We gaan dit weekend mijn verjaardag vieren met een groot feest.
Zij vieren hun trouwdag elk jaar met een romantisch diner.
- Complex
Als we het feest goed plannen, zal iedereen een geweldige tijd hebben.
- Past Tense
Vorige week vierden we mijn zus haar verjaardag.
- Declarative
Er zijn veel manieren om feest te vieren.
- Context & Scenario
Ik organiseer een feest voor mijn vrienden hebben.
- Synonym
Het feest, ook wel een viering genoemd, is morgen.
- Compound
Zij heeft een feest georganiseerd, maar het weer was niet goed.
- Future Tense
Volgend jaar zullen we een groot feest geven voor zijn diploma.
- Imperative
Laten we deze gebeurtenis samen vieren!
- Context & Scenario
Tijdens de les vertellen we over verschillende soorten feesten die in Nederland worden gevierd.
- Related Word
De viering van haar verjaardag was heel speciaal.
- Compound
Het feest was leuk, maar het regende hard.
- Future Tense
Volgende maand zal ik mijn verjaardagsfeest organiseren.
- Imperative
Vier je het feest met ons!
- Context & Scenario
Tijdens het feest dansen we en zingen we samen.
- Idiomatic
We moeten de koe bij de horens vatten en het feest plannen.
- Complex
Wanneer we een feest vieren, zijn er altijd veel vrienden uitgenodigd.
- Present Tense
Elke zomer vieren we een groot feest met de buren.
- Declarative
Wij vieren elk jaar Sinterklaas met veel cadeaus.
- Context & Scenario
Ik heb veel gewerkt, maar ik ga morgen naar het feest van een vriend.
- Synonym
De festiviteiten brengen een gevoel van saamhorigheid.
- Simple
Het feest begint om acht uur vanavond.
- Present Tense
Ik vier mijn verjaardag morgen.
- Interrogative
Vier je je verjaardag met een feest?
- Context & Scenario
We leren hoe we een feest kunnen organiseren in de school.
- Related Word
De festiviteiten van het feest zijn altijd bijzonder.
- Simple
Hij viert zijn verjaardag met een klein feest.
- Past Tense
Vorige maand vierden ze een verrassingsfeest voor haar verjaardag.
- Interrogative
Vier jij je verjaardag dit jaar ook met een feest?
- Context & Scenario
We hebben een feestje georganiseerd voor zijn nieuwe baan.
- Idiomatic
Na het feest was er werkelijk een feeststemming in huis.
met iets blij zijn of deze iets een speciale betekenis geven
(een overwinning vieren)
De atleten vieren hun medailles met een feest.
Het team vierde hun overwinning met een parade door de stad.
- Simple
- Present Tense
De spelers zijn blij met hun overwinning.
- Past Tense
De fans waren dolgelukkig na de overwinning van hun team.
- Future Tense
De groep zal hun overwinning samen vieren met een diner.
- Declarative
Wij zijn met deze overwinning trots op ons team.
- Interrogative
Hoe vieren jullie deze overwinning?
- Imperative
Vier je de overwinning met ons?
- Compound
Na het winnen van de wedstrijd, zijn we naar de stad gegaan om onze overwinning te vieren.
de waarde of betekenis van iets benadrukken
(een speciale gelegenheid vieren)
De organisatie viert het jubileum van het project met een speciale bijeenkomst.
Wij vieren elk jaar de Nationale Dag met een groot feest in het park.
- Complex
Als je deze gelegenheid goed benut, kun je veel leren.
- Compound
We vieren deze gelegenheid samen, en we delen onze ervaringen.
- Simple
Deze gelegenheid is bijzonder voor ons allemaal.
- Present Tense
De gelegenheid komt maar één keer in een leven.
- Past Tense
Gisteren genoten we van een unieke gelegenheid om samen te zijn.
- Future Tense
Volgend jaar zullen we een speciale gelegenheid organiseren voor onze vrienden.
- Declarative
Deze gelegenheid is een mijlpaal in onze geschiedenis.
- Interrogative
Is deze gelegenheid belangrijk voor jou?
- Imperative
Laten we deze gelegenheid vieren en herinneringen maken!
- Context & Scenario
Ik heb een cadeau meegenomen voor deze gelegenheid.
- Simple
Deze gelegenheid vraagt om een feestelijke maaltijd.
- Compound
We hebben een gelegenheid gevonden om samen te komen, maar er is geen tijd om de details te bespreken.
- Complex
Omdat het een bijzondere gelegenheid is, hebben we besloten om een band in te huren.
- Present Tense
Op deze gelegenheid herinneren we ons de overledenen.
- Future Tense
We zullen deze gelegenheid volgend jaar opnieuw vieren.
- Past Tense
We vierden de gelegenheid met een groot diner.
- Declarative
Deze gelegenheid is belangrijk voor onze gemeenschap.
- Imperative
Markeer deze gelegenheid met een toast!
- Interrogative
Is deze gelegenheid speciaal voor jou?
- Context & Scenario
In ons dagelijks leven vieren we diverse gelegenheden met familie.