Zus
PronounDemonstrative
subject
object
subject
object
Position Rules
Vóór het zelfstandig naamwoord
"Deze zus is slim."
Het aanwijzend voornaamwoord komt vóór het zelfstandige naamwoord 'zus'.
Na een werkwoord (bij object)
"Ik zie die zus."
Het pronoun komt na het werkwoord 'zien'.
Important Notes
- usage:Gebruik 'deze' voor iets dichtbij en 'die' voor iets verder weg.
- informal:In informele gesprekken gebruik je vaak verkorte zinnen met 'deze' of 'die'.
- formal:In formele situaties moet je duidelijk zijn en volledige zinnen gebruiken.